Een variant:
|
Als iemand in 30 opeenvolgende dagen 45
aspirines neemt, minstens één per dag,
dan is er een serie van opeenvolgende dagen waarin
hij precies 14 aspirines neemt. |
|
|
ai = aantal aspirines tot en met de ide
dag.
bi = ai + 14
Geeft samen 60 getallen, allemaal kleiner of gelijk aan 45 + 14 =
59.
Dus zijn er twee gelijk.
Dat kunnen niet 2 a's of twee b's zijn, dus moet een
a gelijk zijn aan een b.
en nog eentje:
|
Een schaker heeft 77 dagen om zich voor te
bereiden op een toernooi.
Hij wil 122 wedstrijden oefenen, minstens één
per dag.
Dan is er een serie opeenvolgende dagen waarin hij
precies 21 wedstrijden speelt. |
|
|
Los deze zelf maar op....
|