OPGAVEN
1.
Schets de grafiek van
y
= 3 +
2
log(2
x
-
4)
en geef een vergelijking van de asymptoot,
2.
Los algebraïsch op: 4 +
5
log(3
x
-
18)
≤
12
OPLOSSING
1.
De asymptoot vind je als 2
x
-
4 = 0 ofwel
x
= 2
De grafiek staat hiernaast
2.
4 +
5
log(3
x
-
18)
=
7
5
log(3
x
-
18) = 3
3
x
-
18 = 5
3
= 125
3
x =
143
x
= 47
2
/
3
Domein:
x
> 6
oplossing
〈6,
47
2
/
3
]
Logaritmen-grafieken:
y
=
g
log
x
Afhankelijk van de grootte van grondtal
g
ziet de grafiek van
y =
g
log
x
er zó uit:
1.
Het belangrijkst is de plaats van de verticale asymptoot.
Die vind je bij log 0. Dus als wat achter log staat gelijk is aan nul.
2.
Als je de grafiek op de GR wilt plotten, dan moet je gebruiken dat
g
log
x
=
LOG
x
/
LOG
g
waarbij de LOG knop die van je GR is.
3.
Het domein zijn alle
x
-waarden waarbij het deel dat onder de log staat groter dan nul is.
Ongelijkheden.
Als je ongelijkheden moet oplossen dan los je eerst op "=" en daarna kijk je in een schets van de grafiek welke oplossingen je moet hebben.
Voorbeeld.
Los op:
4
log(2
x
-
6)
≤
3
4
log(2
x
-
6) = 3
2
x
-
6 = 4
3
= 64
2
x
= 70
x
= 35
Domein: 2
x
-
6 > 0 dus
x
> 3.
Lees de oplossing nu af: 〈3, 35]