|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Bolcoördinaten. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Na rechthoekige
coördinaten en cilindercoördinaten zijn we nu toe aan de derde manier om
ruimtelijke problemen te beschrijven, en dat zijn bolcoördinaten. Die werken meestal het best als je te maken hebt met puntsymmetrische problemen (cilindercoördinaten waren vooral handig voor lijnsymmetrische problemen, weet je nog?). |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Het werkt als in de
figuur hiernaast. Om een punt in de ruimte aan te geven gebruiken we twee hoeken en een afstand. r is de afstand OP tot de oorsprong φ is de hoek in het Oxy- vlak met de positieve x-as (net als bij poolcoördinaten en cilindercoördinaten) θ is de hoek van OP met de positieve z-as |
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De vergelijking van
sommige gekromde vlakken kan daardoor erg veel eenvoudiger worden. Hieronder zie je de drie simpelste: |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Hiernaast zie je het
verband tussen bolcoördinaten en rechthoekige coördinaten. P' is de projectie van P in het grondvlak. Vanwege de blauwe hoeken θ is dan OP'= rsinq en z = rcosθ In de driehoek met hoek j zie je dan dat x = rsinθcosφ en y = rsinθsinφ Daarmee kun je snel bolcoördinaten omrekenen in rechthoekige coördinaten. |
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Het omrekenen van
rechthoekige coördinaten naar bolcoördinaten doe je meestal zó: • Bereken r via r2 = x2 + y2 + z2 • Bereken θ via cosθ = z/r • Bereken φ via cosφ = x/rsinθ Bedenk dat daarbij twee mogelijkheden zijn tussen 0 en 2π. Aan de y kun je zien welke je moet hebben. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Integralen met bolcoördinaten. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Als je met bolcoördinaten een integraal aan het uitrekenen bent, dan bereken je eigenlijk altijd die integraal over een bolschijfje zoals het blauwe bolstukje dat hieronder is geschetst. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Zoals je ziet
varieert de hoek in het grondvlak (met de positieve x-as)
tussen φ1 en
φ2, en de hoek met de z-as
tussen
θ1 en
θ2. De straal varieert van r1
tot r2. De Jacobiaan (deze les) om dxdydz om te zetten in drdφdq bereken je zó |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Die laatste stap moet
je zelf maar narekenen. Gewoon alles uitschrijven en een aantal keer gebruiken dat sin2α + cos2α = 1 Dat dat ongeveer zo is kun je als volgt zien: het kubusje met inhoud dxdydz gaat over in dat blauwe bolstukje. Daarvan zijn de afmetingen ongeveer rdθ (de hoogte) bij rsinθdφ (in de φ-richting) bij dr (richting de oorsprong) en daarvan is de inhoud rdθ • rsinθdφ • dr = r2 sinθ • dθdφdr Dus dxdydz = r2 sinθ • dθdφdr Vandaar die Jacobiaan....ongeveer.... Voorbeeld. Bereken de integraal van f(x, y, z) = x˛ + y˛ + z˛ over de bolschil, die wordt ingesloten door twee bollen met middelpunt O en stralen 2 en 3. Voor een hele bol loopt θ van 0 tot π en loopt φ van 0 tot 2π. Omdat verder x˛ + y˛ + z˛ = r˛ geeft dat de volgende drievoudige integraal: |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
© h.hofstede (h.hofstede@hogeland.nl) |