1. |
De punten P en Q liggen op een
ellips e.
PQ is de poollijn van punt A.
F is een brandpunt van e
Construeer het tweede brandpunt. |
|
|
|
|
|
2. |
Examenvraagstuk VWO Wiskunde B, 2005. Hiernaast is een cirkel
c getekend met middelpunt M en een middellijn AB.
Punt F is een punt binnen de cirkel.
De conflictlijn van cirkel c en punt F is een ellips.
Teken in deze figuur de snijpunten van deze
ellips e en lijn AB. Licht je werkwijze toe. |
|
|
|
|
|
3. |
Hieronder zie je een ellips met zijn
brandpunten.
Teken in deze figuur een richtcirkel. |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
4. |
In de figuur hieronder zie je twee
richtcirkels van één ellips.
Teken die ellips. |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
5. |
Examenvraagstuk
VWO Wiskunde B, 2009.
Gegeven is een cirkel c
met middelpunt M en een punt F binnen deze cirkel. De ellips e is
de meetkundige plaats van de punten die gelijke afstanden tot cirkel
c en punt F hebben. In de figuur hiernaast is een gedeelte van e
getekend en een straal MA van de cirkel. |
|
|
|
|
|
a. |
Teken in de figuur het snijpunt van
ellips e en de straal MA. Licht je werkwijze toe. |
|
|
|
|
|
In de figuur hiernaast
is een soortgelijke situatie getekend, met F en A op een andere plaats.
De straal MA snijdt de ellips in punt B. |
|
|
|
|
|
b. |
Bewijs dat ∠MBF
= 2
• ∠MAF |
|
|
|
|
6. |
c1 en
c2 zijn twee concentrische cirkels met
middelpunt M.
Verder is gegeven punt F.
De ellips e heeft brandpunt F en richtcirkel c1.
Construeer de snijpunten van e met c2.
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|