|
©
h.hofstede (h.hofstede@hogeland.nl) |
Zelf
een formule maken. |
|
|
|
|
We weten nu intussen hoe we van
een formule de maxima en minima van de bijbehorende grafiek kunnen
opsporen. Het grote probleem is echter dat die formules niet zo maar
overal kant en klaar voor het oprapen liggen. Meestal krijg je één of
ander probleem voorgeschoteld en is het de bedoeling dat je eerst zelf
een formule opstelt die de situatie beschrijft.
Dat zelf maken van een formule kun je gelukkig oefenen.
Er zijn eigenlijk twee methode om een formule te maken, en die
zullen we stuk voor stuk bekijken.
Neem het volgende probleem:
|
Ik wil een konijnenhok achter in de
tuin maken. Het hok wordt overal van hout, behalve aan de
voorkant, daar komt gaas. De zijkanten van het hok moeten
vierkant worden, en de inhoud moet gelijk worden aan 2 m3
. Het hout kost per m2 €1,20 en het gaas kost
per m2 €0,60.
Maak een formule voor de materiaalkosten K van het hok, en
bereken daarna algebraïsch bij welke afmetingen mijn hok zo
goedkoop mogelijk wordt. |
|
|
|
METHODE 1: met een
getallenvoorbeeld. |
|
|
Laten we zomaar eens een afmeting
van het hok kiezen.
Bijvoorbeeld: Stel dat de zijkant 0,8 bij 0,8 wordt.
Dan kunnen we uitrekenen hoeveel het hok gaat kosten.
Deel je papier in twee stukken en schrijf zo'n berekening op het
linkerstuk: |
|
|
|
|
Ga nu ernaast precies dezelfde
berekening overnemen, maar elke keer als je het getal 0,8 gebruikt
vervang je dat door een B (van breedte). Dat geeft het volgende: |
|
|
|
|
|
Vooral die tweede regel,is erg
lastig; je moet je goed afvragen waar die 3,125 van de linkerkant nou
precies vandaan kwam. Hoe je die hebt berekend uit de 0,8.
Nou daar onderaan staat de gezochte formule voor de totale kosten.
Die kan nog wel vereenvoudigd worden, maar je hebt ten,minste al wel
iets.
Vereenvoudigen geeft: K = 2,4B2 + (4,8B + 2,4B +
1,2B)/B² = 2,4B2 + 8,4B/B²
= 2,4B2 + 8,4/B
Nog even controleren: B = 0,8 geeft inderdaad K = 12,036 |
|
|
METHODE
2. Direct opstellen. |
|
|
Deze methode is misschien iets
lastiger, maar wel een heel stuk sneller.
Het gaat in twee stappen:
STAP 1
Geef alles wat onbekend is een letter. Wat wil je
maximaal/minimaal? Maak daar een formule van. |
In dit geval: stel de afmetingen L en B
en H (lengte en breedte en hoogte)
Wat wil ik minimaal? de kosten. Dus ik maak een formule voor de
kosten:
• links + rechts: 2 • B • H • 1,2 = 2,4BH
• boven en onder: 2 • L • B • 1,2 = 2,4LB
• achter: L • H • 1,2 = 1,2LH
• voor: L • H • 0,60 = 0,6LH
Totaal: K = 2,4BH + 2,4LB + 1,2LH + 0,6LH = 2,4BH + 2,4LB +
1,8LH
Klaar. |
|
|
STAP 2
Zorg ervoor dat er één letter in je formule komt te staan. Dat doe je
door extra gegevens te zoeken en daar extra formules met jouw letters
van te maken. Zo gauw je een extra "formule" hebt gevonden kun
je die gebruiken om een letter uit de K-formule weg te krijgen. Dat gaat
als volgt: |
|
|
|
|
Het voorbeeld zal een boel
duidelijk maken over dit principe: |
Het valt op dat ik nog niet gebruikt heb
dat H = B. Aha! Een extra verband!!
Er staat al H = ... dus ga ik elke H in mijn formule vervangen door B.
Dat geeft K = 2,4BB + 2,4LB + 1,8LB = 2,4B2 + 4,2LB
Zo. Dat is een letter minder.
Het valt me nu nog op dat ik nog niet heb gebruikt dat de inhoud 2
moet zijn, dus dat L • B • B = 2.
Aha! Alweer een extra verband!! Ik ga hier L = ... van
maken: L = 2/B²
Nu vervang ik elke L in mijn formule door 2/B²:
dat geeft K = 2,4B2 + 4,2 • 2/B² • B = 2,4B2
+ 8,4/B
En daar is de formule al. |
|
|
STAP 3:
Nu
nog even minimaliseren..... |
|
|
Dat is hopelijk intussen
routinewerk: voor minimale kosten moet gelden K' = 0
K = 2,4B2 + 8,4 • B-1
dus K '
= 4,8B - 8,4 • B-2 = 4,8B
- 8,4/B²
4,8B - 8,4/B² = 0
⇒
4,8B = 8,4/B²
⇒
4,8B3 = 8,4
⇒ B3
= 1,75
⇒ B = 1,75(1/3)
≈ 1,21
Dan is H = B ≈ 1,21 en L = 2/B²
≈ 1,38
De kosten zijn dan K = 2,4 • 1,212 + 8,4/1,21
≈ €10,46
Héhé ik ben eruit: mijn hok wordt 1,21 ×1,21 ×
1,38 en gaat €10,46 kosten. |
|
|
Nog even de stappen op een rijtje: |
|
|
Bij de volgende opgaven wordt vaak een formule
gegeven die je moet aantonen. In die gevallen moet je net doen
alsof je de formule zelf moet afleiden. Je mag dus NIET een paar
waarden controleren! Dat is voor een wiskundige geen bewijs dat
een formule klopt. |
|
|
|
|
|
|
OPGAVEN |
|
|
|
|
1. |
Weiland omheinen. |
|
|
Een boer heeft een rol
kippengaas van 50 meter lang. Hij wil ermee een stuk land
omheinen dat aan een sloot ligt. Het omheinde stuk moet de vorm
van een rechthoek krijgen, maar aan de slootkant hoeft geen
gaas.
Hij wil graag weten hoe hij het grootste stuk land kan omheinen.
Los dat probleem voor de boer op. |
|
|
|
|
|
2. |
Nog een weiland. |
|
Een tweede boer heeft
een sloot met een haakse bocht erin. Precies in die bocht wil
hij aan de buitenkant een stuk land omheinen. Zie de figuur
hiernaast. Hij wil dat mooi doen: zijn omheinde stuk krijgt een
symmetrische L-vorm.
Ook deze boer heeft 50 meter gaas, en wil zoveel mogelijk land
omheinen.Los het probleem voor deze boer op. |
|
|
|
|
|
|
|
|
3. |
Hiernaast staat een kastje voor
aan de muur. Het kastje heeft zes vakjes.
De voor- en achterkant zijn open.
Het kastje is gemaakt door een plank van 50 cm breed in stukken te
zagen, en is dan ook 50 cm diep.
De plank waar het kastje uit gemaakt is was 600 cm lang.
Stel dat de breedte van het kastje gelijk wordt aan x.
Voor de inhoud van het kastje geldt dan
I (x) = 7500x -
37,5x2 |
|
|
|
|
a. |
Toon dat aan |
|
|
|
|
|
b. |
Bereken de maximale inhoud van dit kastje. |
|
|
|
|
|
4. |
Hiernaast zie je een afbeelding
van een schuurtje dat je achterin je tuin kunt laten zetten.
De lengte is 1,5 keer de breedte.
De opstaande wanden kosten €150,-
per m2 (inclusief de deur en de ramen)
Het dak is van een duurder materiaal en kost
€250 per m2
De kosten van de vloer zijn te verwaarlozen.
Stel dat je graag wilt dat de inhoud van je schuurtje minstens 60 m3
is.
Voor de kosten van het schuurtje geldt dan
K = 30000/x + 375x2 |
|
|
|
|
|
a. |
Toon dat aan |
|
|
|
|
|
b. |
Wat is dan het goedkoopste schuurtje dat je kunt laten maken? |
|
|
|
|
5. |
Een architect ontwerpt
voor een gebouw een raampje dat de vorm heeft van een rechthoek
met een halve cirkel erop.
De totale omtrek van het raampje wordt 4 m
Om zoveel mogelijk licht door te laten wil de architect de
oppervlakte van het raampje graag maximaal hebben
Welke afmetingen m,oet de architect kiezen om onder deze
voorwaarden een maximale oppervlakte te krijgen?
|
|
|
|
|
|
|
|
|
©
h.hofstede (h.hofstede@hogeland.nl) |