©
h.hofstede (h.hofstede@hogeland.nl) |
|
1. |
10 personen gaan een groepsfoto
laten maken. Er komt een voorste rij van 5, en een achterste rij van 5.
De personen zijn allemaal van verschillende lengte. Natuurlijk mag er
nooit een langer iemand vóór een korter iemand komen te staan.
Hoeveel verschillende foto's zijn mogelijk? |
|
|
|
|
|
2. |
Een getal bestaat uit 5 cijfers
die van rechts naar links steeds lager worden, bijvoorbeeld 87421
Hoeveel zulke mogelijke getallen bestaan er? |
|
|
|
|
|
|
|
|
3. |
Aan het eind van een
verjaardagsfeestje mogen alle kinderen in de tuin gaan zoeken, want er
zijn zes cadeautjes verstopt. Het zijn zes verschillende cadeautjes, en
elk cadeautje dat een kind vindt mag het houden (zelfs meerdere).
Er zijn 10 kinderen op het feestje. |
|
|
|
|
|
a. |
Op hoeveel manieren kunnen de
cadeautjes gevonden worden? |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Deze manier is niet zo eerlijk. Eén kind zou
alles kunnen vinden, en de rest zou gaan huilen. Daarom stelt vader de
regel in dat elk kind hoogstens één cadeautje mag hebben. |
|
|
|
|
|
b. |
Hoeveel manieren zijn er nu? |
|
|
|
|
|
|
c. |
Hoeveel manieren zijn er nu als
bovendien alle cadeautjes hetzelfde zijn? |
|
|
|
|
|
|
|
|
4. |
Voor de Olympische spelen hebben zich bij het onderdeel 100 meter
rugslag zwemmen 27 deelnemers aangemeld.
In de finale is echter maar plaats voor 9 zwemmers.
Daarom worden er drie voorrondes van elk 9 zwemmers gehouden, waarbij
de beste drie zich plaatsen voor de finale. Of dat als eerste of als
tweede of als derde is doet er niet toe.
Neem aan dat alle zwemmers een even grote kans hebben zich te plaatsen,
en dat de voorrondes al zijn ingedeeld. |
|
|
|
|
|
a. |
Hoeveel mogelijkheden zijn er in één van die
voorrondes voor degenen die zich plaatsen? |
|
|
|
|
|
Joost zegt: "Als je kijkt naar de samenstelling van de finale, dan
moet je dus 9 zwemmers kiezen uit de 27, dus dat kan op 27 nCr 9 =
4686825 manieren" |
|
|
|
|
|
b. |
Leg uit waarom dat niet klopt en
bereken hoeveel mogelijke samenstellingen van de finale er wél zijn. |
|
|
|
|
|
|
|
|
5. |
Aan een
groep van 113 jongens en meisjes is gevraagd aan welke sport ze doen.
Iedereen deed precies aan één sport.
Het leverde de volgende tabel op: |
|
|
|
|
voetbal |
volleybal |
hockey |
jongens |
24 |
15 |
14 |
meisjes |
12 |
10 |
38 |
totaal |
36 |
25 |
52 |
|
|
|
|
|
|
a. |
Hoeveel
drietallen zijn er te maken waarbij de eerste persoon aan voetbal doet,
de tweede aan hockey en de derde aan volleybal? |
|
|
|
|
|
b. |
Hoeveel
tweetallen zijn er waarbij de eerste persoon een jongen is die aan
voetbal doet, en de tweede persoon een meisje dat niet aan voetbal doet? |
|
|
|
|
|
c. |
Hoeveel
manieren zijn er om een team te kiezen van 11 personen die aan voetbal
doen? |
|
|
|
|
|
|
|
|
6. |
Bij het spel Scrabble krijgt iedere speler een plankje met zeven letters
daarop, waarmee hij een woord moet proberen te maken. De speler hiernaast heeft bijvoorbeeld de letters V I S A B U X |
|
|
|
|
|
a. |
Neem aan dat elke combinatie van letters een
“woord“ is. Hoeveel verschillende woorden van 5 letters kan hij dan met
dit plankje maken? |
|
|
|
|
De speler heeft het woord “ABUIS” gelegd en moet nu 5 nieuwe
letters pakken. Dat moet hij doen door een greep van 5 te nemen uit een
zak waarin op dit moment nog 18 verschillende medeklinkers en 4
verschillende klinkers zitten |
|
|
|
|
|
b. |
Op hoeveel manieren kan hij uit deze zak 3
klinkers en 2 medeklinkers pakken? |
|
|
|
|
|
|
|
|
7. |
Examenvraagstuk HAVO wiskunde A, 2007. De streepjescode is algemeen bekend. Je
kunt ook codes maken met vierkantjes in plaats van
streepjes, de zogenaamde blokjescode. Een voorbeeld zie
je in de figuur linksonder. De blokjescode bestaat uit een rand en een
vierkant codegebied. In de figuur rechtsonder
is het codegebied grijs gekleurd. Ieder vierkantje in het codegebied
kan zwart of wit zijn. De rand laten we verder buiten beschouwing. De
blokjescode wordt dus bepaald door de code in het codegebied. Een
code krijg je door het grijze codegebied helemaal te vullen met witte en
zwarte vierkantjes. |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
In de linkerfiguur is er sprake van een
code met 10 zwarte en 15 witte vierkantjes. Er zijn
natuurlijk meer van dit soort codes mogelijk. |
|
|
|
|
|
a. |
Bereken het aantal
verschillende codes met 10 zwarte en 15 witte vierkantjes. |
|
|
|
|
|
b. |
Bereken met hoeveel verschillende codes
het codegebied uit figuur 4 gevuld kan worden. |
|
|
|
|
|
Een printer werkt met inkt die in een
vulling zit. Zo’n vulling noemen we een cartridge.
Een fabrikant vult cartridges en plakt op iedere gevulde cartridge een
andere code. De fabrikant gebruikt daarvoor de
blokjescode. Omdat hij heel veel cartridges vult, is
een codegebied van 5 bij 5 niet groot genoeg. Met
een gebied van 6 bij 6 zijn veel meer codes mogelijk, namelijk ongeveer
69 miljard. Als ook dat niet genoeg is, kan het codegebied nog verder
vergroot worden. Hij wil weten welk codegebied groot genoeg
is om alle te vullen cartridges van een
verschillende code te voorzien.
Ga uit van het volgende: |
|
|
in 2007 zal hij
435 miljoen cartridges vullen; |
|
|
ieder jaar zal
het aantal toenemen met 10,5%; |
|
|
vanaf 2012 heeft hij de code niet meer
nodig, want dan zal hij chips inbouwen. |
|
|
|
|
|
c. |
Is een codegebied van 6 bij 6 voldoende om alle cartridges
die in de jaren 2007 tot en met 2011
geproduceerd worden een verschillende code te geven? Licht je antwoord
toe. |
|
|
|
|
8. |
Examenvraagstuk HAVO wiskunde B, 2001. Powerbead-armbanden zijn
armbanden, gemaakt van speciale steensoorten. Van deze armbanden wordt
beweerd dat ze, afhankelijk van de steensoort, aan bepaalde uitwerking
hebben. Een reformwinkel verkoopt acht soorten van deze armbanden.
Hieronder zie je een bestelformulier waarop de steensoort en de
bijbehorende werking zijn vermeld. |
|
|
|
|
|
Werking
Powerbead-armbanden |
O
O
O
O
|
Amethyst:Intelligentie
Prikkelt een rationale geest en scherpt het verstand
Aragoniet: Concentratie
Helpt bij concentratie en vermindert onrust en nervositeit.
Aventurijn: Succes
Vereffent de weg naar succes
Bergkristal: Kracht.
Geeft de kracht om alle uitdagingen van het leven aan te kunnen. |
|
O
O
O
O |
Labradoriet: Gevoel
Bevordert het gevoel en het herinnerings- vermogen. Geeft een
realistische blik.
Onyx: Wilskracht.
Helpt om genomen beslissingen daadwerkelijk uit te voeren.
Parelmoer: Geld
Zorgt voor een gelukkige hand als het geld betreft.
Roze Kwarts: Liefde
Helpt om relaties te verdiepen of nieuwe vriendschappen te
beginnen. |
|
|
|
|
|
|
a. |
Bereken het totaal aantal
bestellingen dat je kunt doen van drie verschillende armbanden. |
|
|
|
|
|
Marjolein heeft vier
armbanden, namelijk van Aventurijn, Labradoriet, Onyx en Roze kwarts. Ze
staan voor Succes, Gevoel, Wilskracht en Liefde.
Marjolein draagt altijd één of meer van deze armbanden. |
|
|
|
|
|
b. |
Bereken hoeveel verschillende mogelijkheden ze heeft
om dat te doen. |
|
|
|
|
9. |
Kangoeroewedstrijd.
Twee schoolteams van elk 5 spelers spelen een tafeltennistoernooi
Elk mogelijk tweetal van het ene team speelt tegen elk mogelijk tweetal
van het andere team.
Hoeveel wedstrijden moet elke speler spelen? |
|
|
|
|
|
|
|
|
©
h.hofstede (h.hofstede@hogeland.nl) |