© h.hofstede (h.hofstede@hogeland.nl) |
|||
1. | a. | met de
continuïteitscorrectie: P(minder dan 790 pagina's) = P(X <
789.5) normalcdf(0, 789.5, 800, 15) = 0,2420 P(5 keer minder) = 0,24205 = 0,0008 |
||
b. | P(hoogstens 619
pagina's met één cartridge) geeft met de continuïteitscorrectie
P(X < 619,5) normalcdf(0, 619.5, 600, 15) = 0,9032 P(2 van de vier niet) = binompdf(4, 0.9032, 2) = 0,0459 |
|||
2. | P(lengte tussen 85 en
100) = normalcdf(85, 100, 90, 9) = 0,5775 P(minstens 20 van de 30) = P(X ≥ 20) = 1 - P(X ≤ 19) = 1 - binomcdf(30, 0.5775, 19) = 0,2120 |
|||
3. | a. | P(hoger dan 125) =
normalcdf(125, 1099, 117, 18) = 0,3284 P(hoogstens 4 van de 20) = binomcdf(20, 0.3284, 4) = 0,1626 |
||
b. | P(tussen 110 en 120)
= normalcdf(110, 120, 117, 18) = 0,2175 P(meer dan 8 van de 20) = P(X > 8) = 1 - P(X ≤ 8) = 1 - binomcdf(20, 0.2175, 8) = 0,0173 |
|||
c. | 6 van het gemiddelde
afwijken is tussen 117 - 18 = 99 en 117 + 18 = 135 P(niet meer dan 6 afwijken) = normalcdf(99, 135, 117, 18) = 0,6827 P(precies 10 van de 30) = binompdf(20, 0.6827, 10) = 0,0420 |
|||
4. | a. | meer dan 60 cm vanaf
de 100m is dus onder de 99,4 m of boven de 100,6 m. normalcdf(99.4, 100.6, 100, 0.47) = 0,7983 P(meer dan 60 vanaf de 100m) = 1 - 0,7983 = 0,2017 |
||
b. | aantal keren is
binomiaal verdeeld. n = 15 p = 0,2017 (vraag a) P(X > 3) = 1 - P(X ≤ 3) = 1 - binomcdf(15, 0.2017, 3) = 0,3582 |
|||
c. | Y1 = normalcdf(99.4,
100.6, 100, X) Y2 = 0,90 (NIET opnieuw afstellen) intersect geeft X = σ = 0,36 |
|||
5. | a. | Y1
= normalcdf(266 , 294 , 280 , X) en Y2 = 0,85 invoeren in de GR. intersect levert X = 9,7 dus de standaardafwijking is 9,7 |
||
b. | 37
weken is 259 dagen, het gemiddelde is 40 weken is 280 dagen. normalcdf(-1099 , 259 , 280 , 10) = 0,01786... en dat is ongeveer 1,8% Het aantal te vroeg geboren baby's is binomiaal verdeeld met n = 520 en p = 0,018 P(5 < X < 15) = P(X ≤ 14) - P(X ≤ 5) = binomcdf(520, 0.018 , 14) - binomcdf(520 , 0.018 , 5) = 0,947318... - 0,09348... = 0,85383... Dus ongeveer 85% |
6. | a. | Y1 = normalcdf(0,
340, X, 12) Y2 = 0,02 intersect geeft X = μ = 364,64 gram |
||
b. | Astepo: Y1 = normalcdf(0, 340, X, 10) Y2 = 0,02 intersect geeft X = μ = 360,54 gram 300000 potten kosten dan : 300000 • 360,54 • 0,0040 + 120000 = 552648 euro, dus per 100000 potten is dat 184216 euro Galdi: |
|||
7. | a. | P(een sprong meer dan
6.60 m) = normalcdf(6.60, 1099, 6.40, 0,13) = 0,0620 P(minstens 3 van de 20 sprongen) = P(X ≥ 3) = 1 - P(X ≤ 2) = 1 - binomcdf(20, 0.0620, 2) = 0,1237 |
||
b. | Y1 = 1
- binomcdf(20,
X, 2) Y2 = 0,90 intersect geeft X = p = 0,2448 Y1 = normalcdf(X, 1099, 6.40, 0.13) Y2 = 0,2448 intersect geeft X = 6,49 m |
|||
c. | Bereken de kans dat
alle sprongen minder dan 6.52 m zijn. P(minder dan 6,62) = normalcdf(0, 6.62, 6.40, 0.13) = 0,9547 20 sprongen allemaal minder dan 6.62 heeft dan kans 0,954720 = 0,3957 verste sprong meer dan 6,52 heeft kans 1 - 0,3957 = 0,6043 |
6. | Noem V = verschil
meisje en jongen, dus meisje - jongen μV = 165 - 178 = -13 cm σV2 = 82 + 102 = 164 dus σV = √164 een meisje is langer dan een jongen als V > 0 normalcdf(0, 1099, -13, √164) = 0,1550 P(minstens 5 van de 30) = P(X ≥ 5) = 1 - P(X ≤ 4) = 1 - binomcdf(30, 0.1550, 4) = 0,5063 |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
7. | a. | minimaal 3 punten betekent straal
9 of kleiner. normalcdf(0, 9, 6, 3) = 0,8186 |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||
b. |
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
gemiddelde: E =
1 • 0,0214 + 2 • 0,1359 + 3 • 0,3413 + 4 • 0,3413 + 5 • 0,1359 = 3,36 standaarddeviatie: in de GR: L1 = 1, 2, 3, 4, 5 en L2 = 0.0214, 0.1359, 0.3413, 0.3413, 0.1359 stat-cal - 1Var stats (L1, L2) geeft σ = 0,97 |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
8. | a. |
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||
verwachtingswaarde:
15 • p - 5 • (1 - p) 15 • p - 5 • (1 - p) > 0 15p - 5 + 5p > 0 20p > 5 p > 0,25 |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
b. | de nde
zwembroek wordt verkocht als het aantal verkochte zwembroeken groter is
dan n - 1 continuïteitscorrectie geeft dan >n - 0,5 normalcdf(n - 0.5, 1099, 1000, 60) = 0,25 Y1 = normalcdf(X - 0.5, 1099, 1000, 60) Y2 = 0,25 intersect geeft X = 1040-1041 de inkoper moet 1040 zwembroeken kopen. |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
9. | a. |
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Zie de figuur. Er is
zo goed mogelijk een rechte lijn door de meetpunten getekend. Aflezen bij 50% en bij 84% geeft μ = 18,1 en σ = 2,1 |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
b. | μS
= 3 • 18,25 = 54,75 σS = 1 • √3 = √3 normalcdf(58, 1099, 54,75, √3) = 0,0303 |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
c. | Bereken de kans dat
alle worpen onder de 19,1 meter zijn. P(één worp onder de 19,1) = normalcdf(0, 19.1, 18.25, 1) = 0,8023 P(30 worpen allemaal onder de 19,1) = 0,802330 = 0,0014 P(beste worp minstens 19,1 meter) = 1 - 0,0014 = 0,9986 |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
10. | a. | meer dan 60 cm vanaf
de 100m is dus onder de 99,4 m of boven de 100,6 m. normalcdf(99.4, 100.6, 100, 0.47) = 0,7983 P(meer dan 60 vanaf de 100m) = 1 - 0,7983 = 0,2017 |
||
b. | aantal keren is
binomiaal verdeeld. n = 15 p = 0,2017 (vraag a) P(X > 3) = 1 - P(X ≤ 3) = 1 - binomcdf(15, 0.2017, 3) = 0,3582 |
|||
c. | Y1 = normalcdf(99.4,
100.6, 100, X) Y2 = 0,90 (NIET opnieuw afstellen) intersect geeft X = σ = 0,36 |
|||
11. | a. | Y1
= normalcdf(266 , 294 , 280 , X) en Y2 = 0,85 invoeren in de GR. intersect levert X = 9,7 dus de standaardafwijking is 9,7 |
||
b. | 37
weken is 259 dagen, het gemiddelde is 40 weken is 280 dagen. normalcdf(-1099 , 259 , 280 , 10) = 0,01786... en dat is ongeveer 1,8% Het aantal te vroeg geboren baby's is binomiaal verdeeld met n = 520 en p = 0,018 P(5 < X < 15) = P(X ≤ 14) - P(X ≤ 5) = binomcdf(520, 0.018 , 14) - binomcdf(520 , 0.018 , 5) = 0,947318... - 0,09348... = 0,85383... Dus ongeveer 85% |
|||
12. | a. | normalcdf(-1E99
, 20 , 25 , X) = 0,05 Voer deze beide in in de GR bij Y1 = en Y2 = en gebruik intersect om het snijpunt te vinden. Neem bijv. window: Xmin = 0 , Xmax = 10 , Ymin = 0 , Ymax = 0,10 Dat geeft X = 3,0397... dus σ ≈ 3,04 |
||
b. | Het
aantal boompjes korte dan 20 is binomiaal verdeeld met n =
40 en p = 0,05 P(X = 1) = binompdf(40 , 0.05 , 1) = 0,27 |
|||
c. | normalcdf(140 , 170 , 145 , 15) = 0,58276... ≈ 0,58 | |||
d. | Stel dat er k
kleine bomen zijn, dan zijn er 100 - k grote
bomen. Dat levert in totaal k • 10 + (100 - k) • 15 = 10k + 1500 - 15k = 1500 - 5k euro op, en dat moet 1300 euro zijn Daaruit volgt dat k = 40. Dus van de 100 bomen moeten er 40 klein zijn, dus 40% van de bomen is klein. normalcdf(-1E99 , X , 145 , 15) = 0,40 Invoeren in de GR en met intersect het snijpunt vinden geeft X = 141,19979.. cm Conclusie: de grens moet liggen bij ongeveer 141 cm. |
|||
13. | a. | normalcdf(19, 21, 20, 0.6) = 0,9044 dus ongeveer 90% | ||
b. | De kans op minder
dan 19,5 cl is bij één glas gelijk aan normalcdf(0, 19.5, 20,
0.6) = 0,2023 Het aantal met minder dan 19,5 cl is binomiaal verdeeld met n = 10 en p = 0,2023 P(X ≤ 3) = binomcdf(10, 0.2023, 3) ≈ 0,875 |
|||
c. | normalcdf(0, 258,
260, X) = 0,18 Y1 = normalcdf(0, 258, 260, X) en Y2 = 0,18 Window bijv. Xmin = 0, Xmax = 5, Ymin = 0, Ymax = 0,4 en dan intersect levert X ≈ 2,18 |
|||
14. | a. | σ
= 45,5 - 0,272 • 122 = 12,316 normalcdf(115, 10000, 122, 12.316) = 0,715 |
||
b. | De kans voor één
persoon is (aflezen) ongeveer 0,26 Voor vier personen is de kans dan 0,264 = 0,005 |
|||
c. | Als
μ
= 120 dan is
σ = 45,5 - 0,272 • 120 = 12,86 Het gaat dus om IQ's tussen ongeveer 107 en 133 P(IQ > 133) is ongeveer 0,15 P(IQ > 107) is ongeveer 0,84 Daartussenin zit dus 0,84 - 0,15 = 0,69 en dat is inderdaad ongeveer 68% |
|||
|
||||
15. | a. | De kans op een
tijdrovende patiënt is normalcdf(15,1E99,10,4) = 0,1056 De verwachtingswaarde is dan 12 • 0,1056 = 1,27 tijdrovende patiënten per spreekuur |
||
b. | P(makkelijke) =
P(tijdrovende) = 0,1056 (zie vraag 4) P(gewone) = 1 - 0,1056 - 0,1056 = 0,7887 (of nomalcdf(5,15,10,4)) P(2 makkelijk en 10 gewoon) = 0,10562 • 0,788710 • 12 nCr 2 = 0,07 |
|||
c. | P(meer dan 120
minuten) = 0,5. Het aantal is binomiaal verdeeld met n = 12 en p = 0,5 P(X ≥ 6) = 1 - P(X ≤ 5) = 1 - binomcdf(12 , 0.5 , 5) = 1 - 0,387 = 0,61 |
|||
16. | a. | Hij moet de plantjes
met een levensduur korter dan 50 dagen vervangen: normalcdf(0, 50, 80, 20) = 0,0668 Dat zijn dus 0,0668 • 2000 = 134 plantjes. |
||
b. | Er zijn nu twee
soorten plantjes: 134 nieuwe en 1866 ouden. Van de ouden gaan degenen met levensduur tussen 50 en 100 dagen dood: normalcdf(50, 90, 80, 20) = 0,6246 dus dat zijn 0,6246 • 2000 = 1249 plantjes Van de nieuwen gaan degenen met levensduur minder dan 40 dagen dood. normalcdf(0, 50, 80, 20) = 0,0227 dus dat zijn 0,0227 • 134 = 3 plantjes In totaal moet hij 1249 + 3 = 1252 plantjes vervangen. |
|||
17. | a. | normalcdf(0, 53, 60,
8) = 0,1908 dus dat zijn 0,1908 • 48 = 9 eieren Small normalcdf(53, 63, 60, 8) = 0,4554 dus dat zijn 0,4554 • 48 = 22 eieren Medium normalcdf(63, 1099, 60, 8) = 0,3538 dus dat zijn 0,3538 • 48 = 17 eieren Large |
||
|
||||
b. | x kleine (S/M)
eieren en dus 48 - x grote (L) eieren levert
0,06x + 0,08 • (48 - x) op. Dat moet 3,50 zijn; 0,06x + 3,84 - 0,08x = 3,50 0,02x = 0,34 x = 17 Er moeten dus minstens 17 grote (L) eieren zijn. P(L) = 0,3538 (zie vraag a) P(minstens 17 van de 48) is een binomiale verdeling P(X ≥ 17) = 1 - P(X ≤ 16) = 1 - binomcdf(48, 0.3538, 16) = 0,5520 |
|||
18. | a. | (70 á 80) • 0,07 =
4,90 á 5,60 (60 á 70) • 0,08 = 4,80 á 5,60 (50 á 60) • 0,10 = 5,00 á 6,00 (40 á 50) • 0,12 = 4,80 á 6,00 (30 á 40) • 0,15 = 4,50 á 6,00 Dat is allemaal ongeveer gelijk. |
||
b. | Y1 = (normalcdf(0,
1000/70, X, 10) • 0,07 + normalcdf(1000/70, 1000/60, X, 10) • 0,08 +
normalcdf(1000/60, 1000/50, X, 10) • 0,10 + normalcdf(1000/50, 1000/40,
X, 10) • 0,12 + normalcdf(1000/40, 10^99, X, 10) • 0,15) • 20000 Y2 = 80000 Intersect levert X = 18,64 gram |
|||
19. | a | .Je
krijgt het grootste percentage mensen als je de zithoogtes rond het
midden van de klokvorm kiest, want daar is de oppervlakte het grootst. Neem dus minimumhoogte 46 - 4 = 42 cm en maximumhoogte 46 + 4 = 50 cm Daartussen valt dan normalcdf(42, 50, 46, 3.8) = 0,70749... Dat is minder dan 71% dus 71% is niet haalbaar. |
||
b. | Noem
de lengte van de gasveer X tussen (46 - 0,5X) en (46 + 0,5X) valt dan 90% van de klokvorm Dus normalcdf(46 - 0.5X, 46 + 0.5X, 46, 3.8) = 0,9 Invoeren bij Y1 en Y2 en dan intersecvt geeft X = 12,5 cm |
|||
c. | Iedereen met zithoogte tussen 34,0 en 58,0 kan een stoel met ideale
zithoogte vinden. normalcdf(34.0, 58.0, 46, 3.8) = 0,9984 Dat is meer dan 99% dus de onderzoeker heeft gelijk. |
|||
20. | P(X ≥ 8) = 0,12 1 - binomcdf(20, p , 7) = 0,12 Dat geeft p = 0,259 dekans dat een persoon zwaarder is dan 80 kg is dus 0,259 normalcdf(80, 10000000, 70, X) = 0,259 σ = 15,47 de lichtste 10%: normalcdf(0, X, 70, 15.47) = 0,10 X = 54,6 kg De lichtste 10% heeft gewicht minder dan 54,6 kg. X = |
|||