© h.hofstede (h.hofstede@hogeland.nl) |
|||
1. | a. | f ' (x) = 6 + 4 1/x = 6 + 4/x | |
b. | f '(x) = 3 1/(2x + 4) 2 = 6/(2x + 4) | ||
c. | f ' (x) = 3x2 - 2 1/x = 3x2 - 2/x | ||
d. | 5 - 5/(xln5) | ||
e. | 1/(xln4) + 1/(2xln4) 2 = 1/xln4 + 1/xln4 = 2/xln4 | ||
f. | 1/(√xln4) 1/2√x = 1/(2xln4) | ||
g. | f '(x) = 2 lnx 1/x | ||
h. | f '(x) = -1/x2 2x = -2/x | ||
i. | f '(x) = 1/lnx 1/x = 1/(xlnx) | ||
2. | een lijn door de
oorsprong is de lijn y = ax de lijn raakt de grafiek van f als de functies gelijk zijn en hun afgeleide ook. |
||
dus: ax
= (4 + 2lnx)/x en
a = (-2-2lnx)/x2
vul de tweede vergelijking in in de eerste: (-2 - 2lnx)/x2 x = (4 + 2lnx)/x (-2 - 2lnx)/x = (4 + 2lnx)/x -2 - 2lnx = 4 + 2lnx -6 = 4lnx lnx = -1,5 x = e-1,5 = 1/e√e Dan is y = (4 - 2 1,5)/e-1,5 = e1,5 = e√e |
|||
3. | Bij een horizontale raaklijn is de afgeleide nul. | ||
-1 - p + lnx
= 0 p = -1 + lnx y = (-1 + lnx - lnx)/x y = -1/x |
|||
4. | ln(2 - x) =
p ⇒ 2 - x = ep
⇒ x = 2
- ep
de helling is 1/(2 - x) -1 = -1/(2 - x) = -1/(2 - 2 + ep) = -1/ep 1 + lnx = p ⇒ lnx = p - 1 ⇒ x = ep - 1 de helling is 1/x = 1/ep - 1 |
||
dat is inderdaad constant. | |||
5. | a. | 400 = 50 2log(x2 + 6) 8 = 2log(x2 + 6) x2 + 6 = 28 = 265 x2 = 250 x = √250 = 15,8... na 16 dagen zijn er voor het eerst meer dan 400 abonnementen |
|
b. | A' = 50 1/(x2
+ 6)ln2 2x A'(10) = 50 1/(102 + 6)ln2 20 = 13,6 dus 13 ΰ 14 abonnementen per dag. OF: A(10) = 336 A(11) = 349 dat verandert met 13 per dag. |
||
c. | A' = 50 1/(x2
+ 6)ln2 2x moet maximaal zijn. Y1 = 50 1/(x2 + 6)ln2 2x en dan calc = maximum geeft x = 2,45 dagen |
||
6. | a, | ||
b. | de afgeleide van xlnx
is (met de productregel) gelijk aan 1 lnx + x
1/x
= lnx + 1 de afgeleide van exlnx is dan (met de kettingregel) exlnx (lnx + 1) omdat xx = exlnx is de afgeleide dus exlnx (lnx + 1) = xx (lnx + 1) |
||
7. | a. | ||
dat is nul als 1
- lnx
= 0 ⇒ lnx = 1
⇒ x = e dan is y = lnx/x = 1/e de top is (e, 1/e) |
|||
b. | |||
dat is nul als 1
- lnpx
= 0 ⇒ lnpx = 1 ⇒ px = e ⇒ p = e/x |
|||
c. | Plotten met de GR: Y1 = ln(kx)/x en Y2 = 1, en bereken via intersect beide snijpunten. Voor k = 4 is het verschil daartussen meer dan 1. (x = 2,15 en x = 0,36) |
||
d. | Stel de x-coφrdinaat van
punt A is p Als AB = 1 is de x-coφrdinaat van B gelijk aan p + 1. Die moeten beiden y = 1 opleveren punt A: ln(kp)/p = 1 geeft lnkp = p punt B: ln(k(p + 1))/(p + 1) = 1 geeft ln(k(p + 1)) = p + 1 uit de eerste volgt kp = ep dus k = ep/p invullen in de tweede: |
||
ep + ep
1/p = ep e ep (1 + 1/p - e) = 0 1 + 1/p - e = 0 1/p = e - 1 p = 1/(e - 1) |
|||
8. | als ze raken zijn hun functiewaarden gelijk en ook de afgeleiden. | ||
g '(x) = 1/x | |||
x = (x
- 2)2 x = x2 - 4x + 4 x2 - 5x + 4 = 0 (x - 4)(x - 1) = 0 x = 4 ∨ x = 1 Voor deze x-waarden moet dan ook nog de functiewaarden gelijk zijn: x = 1 geeft: f(1) = 0 en g(1) = p dus p = 0 x = 4 geeft f(4) = -1,5 en g(4) = p + ln4 dus p + ln4 = -1,5 ⇒ p = -1,5 - ln4 |
|||
9. | |||
dat geeft f
'(1) = (a - 0)/1 = a de raaklijn heeft vergelijking y = a x + b f(1) = 0, dus moet gelden: 0 = a 1 + b b = -a De raaklijn is de lijn y = ax - a snijpunt met de y -as: x = 0 dus y = -a en het punt (0, -a) snijpunt met de x-as: y = 0 dus 0 = ax - a ⇒ x = 1 en het punt (1, 0) De driehoek heeft een rechthoekszijde van a en eentje van 1, dus de oppervlakte is 0,5 a 1 0,5 a 1 = 2 a = 4 De oppervlakte is kleiner dan 2 voor 0 < a < 4 |
|||
10. | a. | ||
f ' = 0 geeft dan
2lnx - ln2x = 0 lnx(2 - lnx) = 0 lnx = 0 ∨ lnx = 2 x = 1 ∨ x = e2 x = 1 geeft y = 0 en een minimum (1, 0) x = e2 geeft y = 4/e2 en een maximum (e2 , 4/e2) |
|||
b. | f '(e3)
= (2 3 - 32)/e6 = -3/e6
de raaklijn is de lijn y = -3/e6 x + b f(e3) = 9/e3 dus het raakpunt is (e3, 9/e3) 9/e3 = -3/e6 e3 + b b = 12/e3 De raaklijn is de lijn y = -3/e6 x + 12/e3 punt P: y = 0 : 0 = -3/e6 x + 12/e3 3/e6 x = 12/e3 x = 4e3 punt Q: x = 0: y = 12/e3 de oppervlakte is dan 1/2 12/e3 4e3 = 24 |
||
11. | a. | ||
b. | Als de grafiek de x-as
raakt moet gelden f(x) = 0 en f
'(x) = 0 f(x) = 0 geeft 2x - px = 0 f '(x) = 2xln2 - p = 0 geeft p = 2xln2 de laatste invullen in de eerste: 2x - 2xln2 x = 0 2x(1 - xln2) = 0 xln2 = 1 (∨ 2x = 0 maar dat kan niet) x = 1/ln2 p = 21/ln2 ln2 = eln2 |
||
12. | a. | dan moet gelden functies gelijk: x = alnx hellingen gelijk: 1 = a 1/x uit de tweede volgt a = x en dat kun je dan invullen in de eerste: x = xlnx x - xlnx = 0 x(1 - lnx) = 0 x = 0 (maar dan bestaat lnx niet) ∨ x = e dat geeft a = e |
|
b. | 2lnx = ln(x
+ 6) lnx2 = ln(x + 6) x2 = x + 6 x2 - x - 6 = 0 (x - 3)(x + 2) = 0 x = 3 (∨ x = -2 maar dan bestaat lnx niet) Het snijpunt is het punt (3, 2ln3) f 2'(x) = 2 1/x dus f2'(3) = 2/3 de raaklijn aan de grafiek maakt een hoek met de x-as waarvoor geldt tanα = 2/3 ⇒ α = 33,7Ί g'(x) = 1/(x + 6) dus g'(3) = 1/9 de raaklijn aan de grafiek maakt een hoek met de x-as waarvoor geldt tanα = 1/9 ⇒ α = 6,3Ί de hoek tussen die raaklijnen (en dus tussen de grafieken) is dan 33,7 - 6,3 = 27,4Ί |
||
13. | a. | f
(x) = ln2x + 2lnx - 2 f '(x) = 2lnx 1/x + 2 1/x = 2lnx/x + 2/x = (2lnx + 2)/x |
|
dat is nul als -2lnx
= 0 ⇒ x = 1 en dan is
y = ln21 + 2ln1 - 2 = -2 Het buigpunt is het punt (1, -2) f '(1) = (2ln1 + 2)/1
= 2 dus de raaklijn is de lijn y = 2x + b |
|||
b. | een lijn door O heeft
vergelijking y = ax. als zo'n lijn de grafiek raakt moeten de functies gelijk zijn ιn de afgeleiden ook. afgeleiden gelijk: a = (2lnx + 2)/x functies gelijk: ax = ln2x + 2lnx - 2 Vul de eerste in in de tweede; (2lnx + 2)/x x = ln2x + 2lnx - 2 2lnx + 2 = ln2x + 2lnx - 2 4 = ln2x lnx = 2 ∨ lnx = -2 x = e2 ∨ x = e-2 en omdat a = (2lnx + 2)/x kun je nu de bijbehorende a's uitrekenen a = 6/e2 ∨ a = -2e2 De lijnen zijn dus y = 6/e2 x en y = -2e2 x |
||
14. | f(x) = x/lnx | ||
dat laatste is nul
als -1/x ln2x +
2/x lnx = 0 1/x lnx (-lnx + 2) = 0 1/x = 0 ∨ lnx = 0 ∨ lnx = 2 x = 1 ∨ x = e2 maar voor x = 1 bestaat de functie niet; dan is lnx = 0 en wordt er door nul gedeeld. x = e2 geeft y = 1/2e2 en het buigpunt is dus (e2 , 1/2e2) f '(e2) = (2 - 1)/22 = 1/4 dus de raaklijn is de lijn y = 1/4x + b raakpunt invullen: 1/2e2 = 1/4e2 + b b = 1/4e2 De buigraaklijn is de lijn y = 1/4x + 1/4e2 |
|||
15. | f(p) =
plnp g(p) = p - 3 de grafiek van f ligt
boven die van g dus de lengte van PQ is L =
plnp - (p
- 3) = plnp
- p
+ 3 |
||
16. | a. | 8
= alog(0 + b) - c 0 8 = alogb a8 = b |
|
b. | N = 1,1log(t
+ 2) - 1,2t N is maximaal als de afgeleide nul is; N' = 1/(t + 2)ln1,1 - 1,2 = 0 1/(t + 2)ln1,1 = 1,2 (t + 2)ln1,1 = 1/1,2 = 0,8333 t + 2 = 0,8333/ln1,1 = 8,743 t = 6,743 N(6,743) = log(6,743 + 2)/log1,1 - 1,2 6,743 = 14,7 dat zijn 147 artikelen. |
||
c. | N(0) = 1,1log(0
+ 2) - 1,2 0 = 7,3 7,3 = 1,1log(t + 2) - 1,2t Y1 = log(X + 2)/log(1,1) - 1,2X en Y2 = 7,3 intersect geeft t = 21,5 dus na 21 ΰ 22 maanden. |
||
17. |
h(x)
= 1500 log(5x + 1) - 100x h'(x) = 1500 1/(5x + 1)ln10 5 - 100 h is maximaal als de afgeleide nul is. 1500 1/(5x + 1)ln10 5 - 100 = 0 7500 1/(5x + 1)ln10 = 100 1/(5x + 1)ln10 = 1/75 (5x + 1)ln10 = 75 5x + 1 = 75/ln10 5x = 75/ln10 - 1 x = 15/ln10 - 1/5 = 6,3144 h = 1638 meter |
||
18. | a. | ||
4 -
4ln(x) = 0 geeft ln(x) = 1 dus
x = e Dan is y = 1/e² |
|||
b. | |||
8 -
12ln(x) = 0 geeft ln(x) = 4/3
dus x = e4/3 Dan is y = 5/3 Χ e-8/3 |
|||
19. | f(x) = 162 lnx + x3
f ' = 162/x + 3x2 f '' = -162/x2 + 6x = 0 -162 + 6x3 = 0 x3 = 27 x = 3 er is een tekenwisseling in f '' dus er is een buigpunt. het buigpunt is (3, 162ln3 + 27) |
||
20. | |||
dat moet nul worden
voor x = e3 : 3 + 3p
-
2 3 = 0 3p = 3 p = 1 |
|||
21. | a. | f ' =
2lnx 1/x = 2lnx/x
(met de kettingregel) f '' = (2 1/x x - 2lnx 1)/x2 = (2 - 2lnx)/x2 (met de quotiλntregel |
|
b. | buigpunt:
2 - 2lnx = 0 ⇒ lnx = 1 ⇒
x = e buigpunt dus (e, 1) afgeleide f '(e) = 2lne/e = 2/e dus de buigraaklijn is de lijn y = 2/e x + b buigpunt invullen: 1 = 2/e e + b geeft b = -1 de buigraaklijn is de lijn y = 2/e x - 1 |
||
22. | f ' =
3ln2x 1/x
f '' = (6lnx 1/x x - 3ln2x 1)/x2 dat is nul als 6lnx - 3ln2x = 0 3lnx (2 - lnx) = 0 lnx = 0 ∨ lnx = 2 x = 1 ∨ x = e2 x = 1 geeft buigpunt (1, 0) f '(1) = 0 dus de buigraaklijn is de lijn y = b dus dat moet wel de lijn y = 0 zijn x = e2 geeft buigpunt (e2 , 8) f '(e2 ) = 12/e2 dus de buigraaklijn is de lijn y = 12/e2 x + b buigpunt invullen: 8 = 12/e2 e2 + b geeft b = -4 de buigraaklijn is y = 3/e2 x - 4 |
||
23. | De verschoven grafiek heeft vergelijking
y = ln((x - 2)2 + 1) snijpunt: ln(x2 + 1) = ln((x - 2)2 + 1) x2 + 1 = (x - 2)2 + 1 x2 + 1 = x2 - 4x + 4 + 1 4x = 4 x = 1 oorspronkelijke afgeleide: f ' = 1/(x² + 1) 2x dus f '(1) = 1 verschoven afgeleide: f ' = 1/((x - 2)² 2(x - 2) dus f '(1) = -1 het product van de richtingscoλfficiλnten is -1 1 = -1 dus de grafieken snijden elkaar loodrecht. |
||