|
|||||
1. | y + 4x
= 40 gaat door bijv. (0, 40) en (10, 0) Het deel erboven valt af y - 2x = 10 gaat door bijv. (0, 10) en (-5, 0) Het gebied erboven valt af. y = 5 is een horizontale lijn op hoogte 5 Het gebied eronder valt af Dan blijft de groene driehoek hiernaast over. |
|
|||
2. | a. | 20h + 25m ≤ 2000 | |||
b. | een metalen racket
kost 1/150 machinetijd per dag en een houten
racket 1/30 dus 1/150m + 1/30h ≤ 1 vermenigvuldig met 150: m + 5h < 150 |
||||
c. | Een houten racket
kost 1/2 medewerker en een metalen racket 1/5
medewerker 1/2h + 1/5m ≤ 20 vermenigvuldig met 10: 5h + 2m ≤ 200 |
||||
d. | |||||
3. | a. | m mondials
kost 2m manuren, en t travellers kost 3t
manuren. samen is dat 2m + 3t manuren, dus 2m + 3t ≤ 616 |
|||
b. |
m mondials kost 1,5m m2 leer en t
travellers kost ook 1,5t m2 leer samen is dat 1,5m + 1,5t ≤ 387 |
||||
c. | |||||
© h.hofstede (h.hofstede@hogeland.nl) |