© h.hofstede (h.hofstede@hogeland.nl)

1. a. De grootste frequenties zitten aan de linkerkant dus de verdeling zal rechtsscheef zijn.
       
  b. STAT - EDIT
L1 = 80, 81, ..., 98
L2 = 52, 125, 145, ..., 20
STAT - CALC -  1-Var-STATS
Dat geeft  gemiddelde 87,31  en  mediaan 87

Het gemiddelde is groter dan de mediaan, dus de verdeling is  rechtsscheef  (maar het scheelt niet heel veel)
       
2. a. Q3 - Q1 = 612 - 524 = 88
1,5 · 88 = 132
612 + 132 = 744
524
- 132 = 392
Uitschieters liggen onder 392 of boven 744
       
  b. 1,5 keer de kwartielafstand is  1246 - 822 = 424
De kwartielafstand is dus 283
Het derde kwartiel is 1246 + 283 = 1529
       
3.

       
  onder de boxplots staat steeds de kwartielafstand (rode pijl in het midden) en 1,5 keer de kwartielafstand (rode pijlen aan de linkerkant en rechterkant.

Bij A zijn aan beide kanten uitschieters.
Bij B zijn aan de rechterkant uitschieters
Bij C zijn aan de linkerkant uitschieters.
       
4. De grafiek stijgt in het begin langzaam (daar zijn weinig metingen)  en aan het eind snel (daar zijn veel metingen)
Zoiets:
 

       
5. Deze vlindersoort wordt in 2020 tijdens een kortere periode waargenomen dan gemiddeld in de periode 1990-2019.
Dan moet de grafiek van 2020 dus smaller zijn dan die van 1990-2019
Dat is zo bij de Eikenpage

Deze vlindersoort is de meest waargenomen vlinder in 2020.
dan moet de grafiek van 2020 de breedste en hoogste van de drie zijn.
Dat is zo bij het Bruin Zandoogje

In het voorjaar van 2020 wordt deze vlindersoort vaker waargenomen dan gemiddeld in de periode 1990-2019.
Dan moet de grafiek van 2020 in het voorjaar boven de andere grafiek liggen.

Dat is zo bij de  Veldparelmoervlinder en bij het Bruin Zandoogje
       

© h.hofstede (h.hofstede@hogeland.nl)