© h.hofstede (h.hofstede@hogeland.nl) |
|||
1. | f '(x)
= 6 - 2x f '(x) = 10 geeft x = -2 f(-2) = - 16 -16 = 10 × -2 + p geeft p = 4 |
||
2. | f '(x) = 6x2
- 12x + 1 6x2 - 12x + 1 = 49 6x2 - 12 - 48 = 0 x2 - 2x - 8 = 0 (x - 4)(x + 2) = 0 x = 4 ∨ x = -2 x = 4 geeft f(4) = 36 36 = 4 × 49 + b geeft b = -160 x = -2 geeft f(-2) = -42 -42 = -2 × 49 + b geeft b = 56 De verticale afstand is 56 - - 160 = 216 |
||
3. | f(x) = x + 1 + 8√x
f '(x) = 1 + 4/√x f '(x) = 3 geeft 4/√x = 2 dus x = 4 f gaat door (4, 21) k gaat door (4, 27) dus moet k over een afstand van 6 omlaag worden geschoven k gaat door (2, 21) dus moet k over een afstand van 2 naar rechts geschoven worden. |
||
4. | f(x) = 4x -
x2 f '(x) = 4 - 2x dus f '(0) = 4 De raaklijn is de lijn y = 4x g'(x) = 3x2 - 8 3x2 - 8 = 4 geeft x = 2 ∨ x = -2 g(2) = 8 en de lijn y = 4x gaat inderdaad door (2, 8) g(-2) = 32 en de lijn y = 4x gaat niet door (-2, 32) Het raakpunt is dus (2, 8) |
||