|
|||||||||||||||||||||||
1. | a. |
|
|
||||||||||||||||||||
b. |
|
|
|||||||||||||||||||||
c. |
|
|
|||||||||||||||||||||
d. |
|
|
|||||||||||||||||||||
2. | a. |
|
|||||||||||||||||||||
beetje proberen geeft al gauw y = 8 - x | |||||||||||||||||||||||
b. |
|
||||||||||||||||||||||
proberen geeft y = x2 | |||||||||||||||||||||||
c. |
|
||||||||||||||||||||||
proberen geeft y = 2/x | |||||||||||||||||||||||
3. | direct te
beantwoorden. als het geen functie is, is de reden steeds dat er x-waarden te vinden zijn waarbij meerdere y-waarden bestaan. |
||||||||||||||||||||||
4. | y = 9 is een
horizontale lijn op hoogte 9. y = x2 is een parabool Hiernaast zijn beiden met de GR geplot. Die rode punten vind je door de formules aan elkaar gelijk te stellen: x2 = 9 geeft x = 3 en x = -3 Dus de snijpunten zijn (-3, 9) en (3,9) De afstand daartussen is 6. |
|
|||||||||||||||||||||
5. | x = 4 is een
verticale lijn en die kun je met de GR niet plotten ('t is geen
functie). De grafieken van y = 2x + 3 en y = x + 6 zijn 2 rechte lijnen Hiernaast zie je een plot van die twee lijnen met daarbij in getekend de lijn x = 4. x = 4 geeft y = 2 • 4 + 3 = 11 x = 4 geeft y = 4 + 6 = 10 De snijpunten zijn dus de punten (4, 10) en (4, 11) De afstand daartussen is 1. |
|
|||||||||||||||||||||
6. | Hiernaast zie je een
plot van de grafieken van y = 2 en y = x- 2 met de
GR. De lijn x = 6 is een verticale lijn (rood hiernaast) Dat geeft een driehoek ABC. B = (6, 2) A: y = 2 en y = x- 2 geeft 2 = x - 2 dus x = 4 dus A= (4, 2) C: x = 6 en y = x - 2 geeft y = 6 - 2 = 4 dus C = (6, 4) |
|
|||||||||||||||||||||
Dan is AB = 2 en BC = 2 dus de oppervlakte is 0,5 • 2 • 2 = 2 | |||||||||||||||||||||||
© h.hofstede (h.hofstede@hogeland.nl) |