|
|||||
1. | a. | Een rechte lijn
door (0, 23.2) en (36, 36.0) opstellen. hellinggetal is a = (36.0 - 23.2)/(36 - 0) = 0,3556 begingetal is b = 23.2 De lijn is dus V = 0,3556 t + 23,2 0,3556 t + 23,2 = 45,3 ⇒ 0,3556t = 22,1 ⇒ t = 62,16 en dat is in 2022 |
|||
b. | −0,125t2
+ 6,33t + 279
= 10 (0,3556 t + 23,2) -0,125t2 + 6,33t + 279 = 3,556t + 232 -0,125t2 + 2,774t + 47 = 0 D = 2,7742 - 4-0,12547 = 31,195 Dus t = (-2.774 ± √31.195)/(2-0,125) = 33,44 ∨ -11,24 t = 33,44 hoort bij het jaar 1993 |
||||
c. | 2000 is
t = 40 V* = 0,25 40 + 25 = 35 en voor de productie daarvan is 4 35 = 140 kg graan nodig. G(40) = -0,125 402 + 6,33 40 + 279 = 332,2 Er blijft dus over 332,2 - 140 = 192,2 en dat is inderdaad ongeveer 192 kg. |
||||
d. | Voor V*
kilo vlees is 4 V* kilo graan nodig. Als er G kilo graan is, dan blijft er dus nog G - 4 V* kilo over. Dat moet gelijk zijn aan 150: G - 4 V* = 150 Invullen: -0,125t2 + 6,33t + 279 - 4 (0,25t + 25) = 150 Het kan natuurlijk via Intersect van de rekenmachine, maar algebraοsch is veel leuker: -0,125t2 + 6,33t +
279 - t + 100 = 150 |
||||
2. | a. | Dan
moet de BMI 25 worden. 25 = G/1,902 ⇒ G = 25 1,902 = 90,25 het gewicht moet dus minimaal 100 - 90,25 = 9,75 kg dalen. |
|||
b. | Volgens de BMI moet gelden 22,0 = G/L2
ofwel G = 22,0 L2 Volgens de vuistregel geldt G = 100L - 110 Die zijn gelijk als 100L - 110 = 22,0 L2
⇒ 22,0L2 - 100L + 110 = 0 |
||||
3. | De oplossing
invullen: (2 + √3)2 + p(2 + √3) + q = 0 4 + 4√3 + 3 + 2p + p√3 + q = 0 √3(4 + p) + (7 + 2p + q) = 0 Dat kan voor gehele p en q alleen als beide delen tussen de haakjes nul zijn. Dat geeft p = -4 en daarna q = 1 |
||||
© h.hofstede (h.hofstede@hogeland.nl) |