|
|||||||||||||||||||
1. | a. | f '(x) = 4 · 3x · ln3 dus f '(2) = 4 · 32 · ln3 = 39,55 | |||||||||||||||||
b. | g ' = -2x
· ln2 = -9 2x = -9/-ln2 = 12,98 x = 2log12,98 = log(12,98)/ log(2) = 3,7 Dat geeft y = 5 - 23,7 = -7,98 Dat is het punt (3.70, -7.98) |
||||||||||||||||||
c. | y' = 8 - 3x
· ln3 = 0 8 = 3x · ln3 3x = 8/ln3 = 7,28 x = 3log 7,28 = log(7,28)/log(3) = 1,8 Dat geeft y = 8 · 1,8 - 31,8 = 7,2 Het maximum is (1.8, 7.2) |
||||||||||||||||||
d. | h' = -0,5x
· ln0,5 h '(-1) = -0,5-1 · ln0,5 = 2ln2 (-1, 0) invullen: 0 = 2ln2 · -1 + b geeft b = 2ln2 De raaklijn is dan y = xln2 + 2ln2 |
||||||||||||||||||
2. | a. |
|
|||||||||||||||||
de factoren zijn
44,1/46,4 = 0,95 en 41,9/44,1 = 0,95 en
39,8/41,9 = 0,95 en 37,8/39,8 = 0,95 Dat is allemaal gelijk dus het verloop is exponentieel met groeifactor g = 0,95 Punt invullen: 46,4 = B · 0,955 geeft B = 60 Dat geeft dus L = 60 · 0,95n |
|||||||||||||||||||
b. | Het krimpt met 0,4 cm als de
afgeleide gelijk is aan -0,4. L ' = 60 · 0,95n · ln0,95 = -0,4 0,95n = 0,13 n = log(0,13)/log(0,95) = 40 Er moet gelden L(n) - L(n - 1) = -0,4 60 ·0,95n - 60 · 0,95n - 1 = -0,4 0,95n - 0,95n · 0,95-1 = -0,006667 0,95n (1 - 0,95-1) = -0,006667 0,95n = 0,12667 n = log(0,12667)/log(0,95) = 40 |
||||||||||||||||||
3. | a. | 3 46 - 2x ln4 -2 = -6ln446 - 2x | |||||||||||||||||
b. | 2 + 3√x ln3 0,5 x-0,5 | ||||||||||||||||||
c. | 4(2x + 3)3 2x ln2 | ||||||||||||||||||
d. | 1 5x + x 5x ln5 = 5x (1 + xln5) | ||||||||||||||||||
e. | 0,5(x + 3x)-0,5 (1 + 3x ln3) | ||||||||||||||||||
f. | -12 0,54x - 2 ln0,5 4 = -48ln0,5 0,54x - 2 | ||||||||||||||||||
g. | 4x ln4 + 52x ln5 2 | ||||||||||||||||||
h. | |||||||||||||||||||
4. | a. | 52x = (52)x = 25x | |||||||||||||||||
b. | afgeleide van 52x
is 5x ln5 2 afgeleide van 25x = 25x ln25 Dat moet gelijk zijn, dus ln5 2 = ln25 |
||||||||||||||||||
c. | gax
heeft als afgeleide gax lng
a gax = (ga)x dus de afgeleide is gelijk aan (ga)x lnga = gax lnga Dat moet gelijk zijn, dus lng a = ln(ga) |
||||||||||||||||||
5. | De oppervlakte van de
driehoek is 0,5 OQ OP Stel dat de x-coφrdinaat van P gelijk is aan p Dan is OQ = p Dan is OP = 4 0,5p immers dat is de y die bij x = p hoort. Dan is de oppervlakte O = 0,5 p 4 0,5p = 2p 0,5p Die is maximaal als de afgeleide ervan nul is: O ' = 2 0,5p + 2p 0,5p ln0,5 = 0 0,5p (2 + 2p ln0,5) = 0 0,5p = 0 of 2 + 2p ln0,5 = 0 2pln0,5 = -2 p = -2/2ln0,5 = -1/ln0,5 = 1/ln2 = 1,44 dan is y = 4 0,5p = 1,47 |
||||||||||||||||||
6. | a. | Een rechte lijn door (6, 12)
en (14, 350) a = Δy/Δx = (350 - 12)/(14 - 6) = 42,25 punt invullen: 12 = 42,25 6 + b geeft b = -241,5 De vergelijking is dan L = 42,25t - 241,5 |
|||||||||||||||||
b. | Exponentiλle functie
door (6, 12) en (14,350) De groeifactor is 350/12 = 29,17 en dat is g8 dus g = 29,171/8 = 1,524 punt invullen: 12 = B 1,5246 ⇒ 12 = B 12,55 ή B = 0,956 De vergelijking is dan L = 0,956 1,524t |
||||||||||||||||||
c. | De groeisnelheden zijn de
afgeleides, dus die moeten gelijk zijn; 42,25 = 0,956 1,524t ln1,524 42,25 = 0,403 1,524t 104,9 = 1,524t t = log(104,9)/log(1,524) = 11,0 |
||||||||||||||||||
7. | a, | De grafiek gaat bijv. door
(-2000, 1) en (0, 0.1) 0,1/1 = 0,1 in 2000 jaar dus de groeifactor per jaar is 0,11/2000 = 0,9988 De grafiek gaat door (0, 0.1) dus B = 0,1 Dat geeft de formule A = 0,1 0,9988t |
|||||||||||||||||
b. | Met het antwoord van vraag a: 400 = 0,1 0,9988t 4000 = 0,9988t t = log(4000)/log(0,9988) = -6907 jaar
Met de gegeven formule na vraag a: |
||||||||||||||||||
c. | Met het antwoord op vraag a: Bij halveren moet gelden 0,9988t = 0,5 ⇒ t = log(0,5)/log(0,9988) = 577 jaar Met de gegeven formule na vraag a: Bij halveren moet gelden 0,9995t = 0,5 ⇒ t = log(0,5)/log(0,9995) = 1386 jaar. |
||||||||||||||||||
d. | Als de activiteit
daalt met 0,02 millecurie per jaar moet de afgeleide gelijk zijn aan
-0,02 Met het antwoord op vraag a: -0,02 = 0,1 0,9988t ln(0,9988) -0,02 = -0,00012 0,9988t 0,9988t = 266,57 t = log(166,57)/log(0,9988) = -4260
Met de gegeven formule na vraag a: |
||||||||||||||||||
8. | Bij het maximum is de afgeleide nul. Met de quotiλntregel: | ||||||||||||||||||
Een breuk is nul als
de teller nul is: 2t 2t - t2
2t ln2 = 0 2t t (2 - tln2) = 0 2t = 0 ∨ t = 0 ∨ 2 - tln2 = 0 de derde is de gezochte: t = 2/ln2 = 2,89 dan is K = 2,127 dus dat zijn 2127 kakkerlakken |
|||||||||||||||||||
9. | a. | 500 = 1250 2-0,02t²
-50 550 = 1250 2-0,02t² 0,44 = 2-0,02t² -0,02t2 = log(0,44)/log(2) = -1,18 t2 = 59,22 t = 7,7 minuten (of -7,7 maar dat stelt niets voor) |
|||||||||||||||||
b. | De snelheid van uitstromen is de
afgeleide. L '(t) = 1250 2-0,02t² ln2 -0,04t L'(5) = 1250 2-0,02 25 ln2 -0,04 5 = -122,5 liter per minuut |
||||||||||||||||||
c. | Dat is als L' maximaal is. L' = -50ln2 2-0,02t² t L'' = -50ln2 (2-0,02t² -0,04t ln2 t + 2-0,02t² 1) = 0 delen door -50ln2 en dan 2-0,02t² buiten haakjes zetten: 2-0,02t² (-0,04ln2 t2 + 1) = 0 -0,04ln2 t2 + 1 = 0 t2 = 1/(0,04ln2) = 36,07 t = 6,0 minuten |
||||||||||||||||||
10. | a. | De beginhoeveelheid was 40000 dus
als de helft over is, is er nog 20000. 20000 = 40000 3-0,15t 3-0,15t = 0,5 -0,15t = log(0,5)/log(3) = -0,63 t = 4,2 uren |
|||||||||||||||||
b. | De snelheid is de
afgeleide: H' (t) = 40000 3-0,15t ln3
-0,15 H '(3) = 40000 3-0,15 3 ln3 -0,15 = -4021 liter per uur en dat is 67 liter per minuut. |
||||||||||||||||||
c. | hoeveelheid in zee =
40000 - hoeveelheid in schip - verwijderde
hoeveelheid. Z = 40000 - H - V Z = 40000 - 40000 3-0,15t - 500(t - 5) Die hoeveelheid is maximaal als de afgeleide ervan nul is; Z' = -40000 3-0,15t ln3 -0,15 - 500 = 0 500 = 6592 3-0,15t 0,0758 = 3-0,15t -0,15t = log(0,0758)/log(3) = -2,35 t = 15,6 Dan is Z = 40000 - 40000 3-0,1515,6 - 500(15,6 - 5) = 31641 liter |
||||||||||||||||||
11. | a. | Het aantal meisjes
(M) heeft groeifactor 1,045 en beginwaarde 8000, dus M(t)
= 8000 1,045t Het aantal jongens (J) heeft hellinggetal -600 en beginwaarde 23000, dus J(t) = 23000 - 600t Y1 = 8000 * 1,045^X Y2 = 23000 - 6500 * X Intersect geeft X = t = 13,83 Dat zal in het jaar 2017 zijn |
|||||||||||||||||
b. | totaal aantal = T = J + M =
23000 - 600t + 8000 1,045t 2007: T(4) = 30140 2008: T(5) = 29969 Dat daalt dus. |
||||||||||||||||||
c. | De daling wordt omgebogen naar
een stijging als de afgeleide nul is. T ' = -600 + 8000 1,045t ln(1,045) = 0 352,14 1,045t = 600 1,045t = 1,704 t = log(1,704)/log(1,045) = 12,1 Dat zal zijn in het jaar 2015 - 2016 |
||||||||||||||||||
12. | a. |
|
|||||||||||||||||
Als P van A afhangt,
dan is P = y en A = x van 41,6 naar 29,0 is factor 29,0/41,6 = 0,697 en dat is g(725 - 465) = g260 dus g = 0,6971/260 = 0,9986 van 29,0 naar 25,3 is factor 25.3/29,0 = 0,872 en dat is g(827 - 725) = g102 dus g = 0,8721/102 = 0,9987 van 25,3 naar 20,4 is factor 20,4/25,3 = 0,806 en dat is g(989 - 827) = g162 dus g = 0,8061/162 = 0,9987 van 20,4 naar 13,5 is factor 13,5/20,4 = 0,662 en dat is g(1297 - 989) = g308 dus g = 0,6621/308 = 0,9987 van 13,5 naar 11,9 is factor 11,9/13,5 = 0,881 en dat is g(1392 - 1297) = g95 dus g = 0,8811/95 = 0,9987 van 11,9 naar 7,9 is factor 7,9/11,9 = 0,664 en dat is g(1697 - 1392) = g305 dus g = 0,6641/305 = 0,9987 Dat is allemaal ongeveer gelijk dus het verband is exponentieel. |
|||||||||||||||||||
b. | (700,30) en (1600,9)
van 30 naar 9 is factor 9/30 = en dat is g(1600 - 700) = g900 dus g = 0,31/900 = 0,9987 punt (700, 30) invullen: 30 = B 0,9987700 ⇒ 30 = B 0,402 ⇒ B = 74,6 De formule is dan P = 74,6 0,9987A A = 600 geeft dan P = 74,6 0,9987600 = 34,2 duizend euro |
||||||||||||||||||
c. | omzet = aantal
advertenties * prijs per advertentie O = A 76 2-0,00193A O is maximaal als de afgeleide ervan nul is: (met de productregel) O' = 1 76 2-0,00193A + A 76 2-0,00193A ln2 -0,00193 = 0 2-0,00193A 76 (1 - Aln20,00193) = 0 A ln2 0,00193 = 1 A = 748 advertenties. |
||||||||||||||||||
© h.hofstede (h.hofstede@hogeland.nl) |