|
|||||
1. | a. | ||||
substitueer u = x + 1 dus x = u - 1, dat geeft: | |||||
Die eerste is een
makkelijke (kettingregel): de primitieve is F1 =
1/2(u2
- 5)-1 = 1/2((x
+ 1)2 - 5)-1 Substitueer voor die tweede: u = √5/cosα dus du = √5sinα/cos2αdα: |
|||||
Die laatste integraal
is dezelfde als die in voorbeeld 2 van de les. Een primitieve is |
|||||
Daar moet dan nog een
factor 4/25√5
voor staan. Terug naar u gaat weer met zo'n driehoekje cosα = √5/u geeft sinα = √(u² - 5)/u en tanα = √(u² - 5)/√5 |
|||||
Tenslotte nog die F1 van bovenaan toevoegen en u weer vervangen door x + 1 | |||||
b. | |||||
Substitueer u = x + 1, dus x = u - 1 en dx = du | |||||
De eerste heeft als
primitieve F1 = -1/(u2
- 4) Voor de tweede gebruiken we de substitutie u = 2/cosα dus du = 2sinα/cos2αdα |
|||||
Die laatste integraal
is dezelfde als die in voorbeeld 2 van de les. Een primitieve is |
|||||
Daar moet dan nog een
factor 1/4
voor staan. Terug naar u gaat weer met zo'n driehoekje cosα = 2/u geeft sinα = √(u² - 4)/u en tanα = √(u² - 4)/2 Meteen die F1 van het begin toevoegen geeft dan: |
|||||
u weer vervangen door x + 1 en je bent klaar: | |||||
c. | |||||
Daarin is de
substitutie u = x - 3 gebruikt. Die eerste is makkelijk te primitiveren: F1 = -1/(u2 + 1) Omdat de tweede een vorm u2 + 1 heeft gebruiken we de substitutie u = tanα, dus du = 1/cos2α dα |
|||||
Bij die laatste stap
is de verdubbelingsformule voor cos2a
gebruikt Een primitieve is nu F = α + 1/2sin(2α) = α + sinα • cosα Terug naar u: u = tanα geeft met zo'n driehoekje sinα = u/√(u2 + 1) en cosα = 1/√(u2 + 1) Invullen en meteen die F1 van het begin toevoegen: |
|||||
u = x - 3 vervangen: | |||||
© h.hofstede (h.hofstede@hogeland.nl) |