|
|||||
| 1. | Het hulpvlak (een
mogelijk hulpvlak) is steeds rood gekleurd De snijlijn van vlak en hulpvlak is groen Het snijpunt is S. Soms is het blauwe vlak eerst wat groter gemaakt. |
||||
| a. |
![]() |
||||
| b. |
![]() |
||||
| c. |
![]() |
AD is evenwijdig aan BC | |||
| d. |
![]() |
||||
| e. |
![]() |
||||
| f. |
![]() |
||||
| g. |
![]() |
||||
| h. |
![]() |
||||
| i. |
![]() |
||||
| 2. | Als de snijlijn evenwijdig is aan l, en de snijlijn ligt in vlak V, dan is l ook evenwijdig aan V en hebben de lijn l en vlak V helemaal geen snijpunt. | ||||
| 3. |
|
||||
| P is het snijpunt van
LC met het rechtervlak van de kubus (als dat door zou lopen) Het groene deel is het verlichte deel. |
|||||
| 4. | Dat punt is het
snijpunt van TB met vlak PQRS Dat is het punt V hiernaast |
|
|||
| 5. | Het is de lijn door M
en door het snijpunt van vlak MGC met lijn BN. Teken hulpvlak HFBD Dat geeft als snijlijn de groene lijn. MS is de gevraagde lijn. |
|
|||
| 6. | Teken vlak MKB = ABKL P is het snijpunt van RS met dat vlak. MP snijdt RS en ook BK (want hij ligt in het zelfde vlak als BK) |
|
|||
| 7. | Neem hulpvlak TBC. De snijlijn van TBC en ADT is de lijn door T evenwijdig aan BC. Het gezochte snijpunt is S. |
|
|||
| 8. | Teken het snijpunt S
van vlak ACG met PF. De gezochte lijn is AS. Die snijdt GC omdat beiden in vlak ACGS liggen. |
|
|||
| 9. | Het snijpunt van ABGH
en EP is punt S (het rode vlak is hulpvlak) AS snijdt EP en ook AH. |
|
|||
| 10. | Hulpvlak ABGH Snijlijn de groene lijn. Het snijpunt S is het snijpunt van de blauwe en de groene lijn (denk erom dat de blauwe lijn AG is (en niet AF)) |
|
|||
| 11. | teken de projecties T
en R van Q en S op het grondvlak. P is het snijpunt van QS en TR. Het gevraagde punt is het snijpunt van PD met AB. |
|
|||
| 12. |
|
||||
| Vergroot vlak DFP tot
DFPQ (PQ evenwijdig aan DF) Hulpvlak EGCA De snijlijn is de groene lijn. Het gezocht punt is S. |
|||||
|
© h.hofstede (h.hofstede@hogeland.nl) |
|||||