© h.hofstede (h.hofstede@hogeland.nl)

       
1. Zie hieronder.

Boxplot door de rode lijnen te tekenen

Gemiddelde aflezen bij 50%:  m = 86
Tussen 84% en 50% is de breedte 93-86 = 7 en dat is de standaarddeviatie.

       
 

       
2. a. Het is toegenomen van 65 naar 80
Dat is   80/65 • 100% =  123%  dus de toename is 23%
         
  b. aflezen:  minder dan 160 was 6o boetes, dus meer dan 160 was 20 boetes.
Dat is  20/80 • 100% = 25%
         
  c.
klasse 0-40 40-80 80-120 120-160 160-200
cumulatieve frequentie 20 30 40 45 65
frequentie 20 10 10 5 20
         
    STAT - EDIT. 
L1 = 20, 60, 100, 140, 180
L2 = 20, 10, 10, 5, 20
STAT - CALC - 1-Var-Stats (L1, L2)  geeft  gemiddelde  x̅ =  €96,92
         
3. a. er staan 23 + 40 + .... = 299 getallen
de middelste is dan nr. 115
23 + 40 + 62 = 125 dus de mediaan is 2
         
  b. STAT - EDIT
L1 = 0, 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7
L2 = 23, 40, ....
STAT - CALC - 1-Var-Stats (L1, L2)  geeft  σx = 1,427
         
  c. 360º hoort bij 229
   
360º ??
229 68
    ?? = 68 • 360/229 = 107º    
         
  d. 229 mensen scoren gemiddeld  2,35 dagen dus dat is in totaal  229 • 2,35 = 538 dagen
180 mannen scoren gemiddeld 2,60 dagen en dat is in totaal 180 • 2,60  = 468 dagen
er waren  229 - 180 = 49 vrouwen en die scoorden  538 - 468 = 70 dagen
Dat is gemiddeld 70/49 = 1,43 dagen.
         
4.

         
  a. de cijfers engels hebben een grotere standaarddeviatie want die liggen verder uit elkaar.
         
  b. zie de figuur.
Het zijn de leerlingen onder de schuine stippellijn en dat zijn er  6  (de groene stippen)
         
  c. Modus = meest voorkomende cijfer, en dat is een 6,5  (blauwe lijn:  komt vier keer voor)
Mediaan = middelste cijfer:  tussen nr 10 en nr 11 (paarse stippen) en dat is tussen  6,8 en 7,0  dus  een  6,9
         
  d. wiskunde:   56-58-60-62-64-65-65-65-65-68-70-71-71-72-72-75-75-76-78-79
engels:  47-49-52-52-54-57-60-63-63-65-67-68-69-72-75-76-79-80-80-87
dat geeft:
   

wiskunde

  engels


86
85555420
9865522110

4
5
6
7
8
9
79
2247
0335789
2569
007
         
5. De bioscopen per inwoner zijn het grootst,  als de inwoners per bioscoop het kleinst zijn.
Het gaat dus om de provincie Groningen.

aantal inwoners is:   aantal inwoners per bioscoop • aantal bioscopen
voor Groningen is dat ongeveer (aflezen)  50000 • 11 = 550000

er waren (tabel) 1180000 bezoeken dus per inwoner zijn dat 1180000/550000 = 2,15 bezoeken.
Kees heeft gelijk.
         

© h.hofstede (h.hofstede@hogeland.nl)