|
|||||
1. | normalcdf(3, 4, 5,
0.80) = 0,0994 van de 2000 zijn dat er dan 0,0994 • 2000 = 199 |
||||
2. | normalcdf(43, 44, 45, 2) = 0,1499 | ||||
3. | normalcdf(36, 40, 46, 8) + normalcdf(46, 50, 46, 8) = 0,3124 | ||||
4. | Van Gilse:
normalcdf(1015, 1099,1010, 6) = 0,2023 CSM: normalcdf(1015, 1099, 1008, 8) = 0,1908 Je kunt dan het beste van Gilse kopen want die geeft de grootste kans. |
||||
5. | a. | normalcdf(0, 5.5,
7.23, 1.42) = 0,1116 Dat is dus ongeveer 11% |
|||
b. | Hoeveel heeft zij er
achter zich gelaten: eerste proefwerk: normalcdf(0, 8.9, 7.23, 1.42) = 0,8802 tweede proefwerk: normalcdf(0, 8.5, 6.54, 1.56) = 0,8955 Ze heeft in vergelijking met de anderen het tweede inderdaad beter gescoord dan het eerste |
||||
c. | eerste hoger dan een
7: normalcdf(7, 10, 7.23, 1.42) = 0,5388 tweede hoger dan een 7: normalcdf(7, 10, 6.54, 1.56) = 0,3708 beiden hoger dan een 7 zou dan opleveren: 0,5388 • 0,3708 = 0,1998 28% is hoger dan dit getal. Dat komt omdat je de kansen niet met elkaar mag vermenigvuldigen als de twee gebeurtenissen niet onafhankelijk van elkaar zijn. Hier zijn de gebeurtenissen van elkaar afhankelijk: er zijn nou eenmaal slimmere en minder slimme kinderen, dus als iemand op het eerste meer dan een 7 heeft is de kans iets groter dat hij dat ook op het tweede heeft. |
||||
6. | klasse C:
normalcdf(0, 110, 120, 13) = 0,2209 dus dat zijn 0,2209 • 20000 = 4418
appels klasse B: normalcdf(110, 125, 120, 13) = 0,4289 dus dat zijn 0,4289 • 20000 = 8577 appels klasse A: normalcdf(125, 1099, 120, 13) = 0,3503 dus dat zijn 0,3503 • 20000 = 7005 appels Dat levert dan 4418 • 0,05 + 8577 • 0,08 + 7005 • 0,12 = €1747,66 op. |
||||
7. | normalcdf(0, 50, 80,
20) = 0,0668 dus na 50 dagen zijn er 0,0668 • 2000 = 134 plantjes
dood en die gaat hij vervangen. na 120 dagen : van de oorspronkelijke plantjes: normalcdf(50, 120, 80, 20) = 0,9104 dus dat zijn 0,9104 • 2000 = 1821 plantjes van de nieuwe plantjes (die leven nu 70 dagen): normalcdf(0, 70, 80, 20) = 0,3085 dus dat zijn 0,3085 • 134 = 41 plantjes. In totaal moet hij dan 1821 + 41 = 1862 plantjes vervangen. |
||||
8. | Neem bijvoorbeeld
μ = 0 en
σ = 1 normalcdf(-1, 1, 0, 1) = 0,682689 dus dat is 68,2689% |
||||
9. | a. | normalcdf(0, 75, 85,
12) = 0,2023 Dat zijn 0,2023 • 100 = 20 jaren |
|||
b. | normalcdf(110, 1099 , 85, 12) = 0,0186 | ||||
10. | klasse S:
normalcdf(0, 53, 66, 10) = 0,0968 dus dat zijn 0,0968 • 5000
= 484 eieren. klasse M: normalcdf(53, 63, 66, 10) = 0,2853 dus dat zijn 0,2853 • 5000 = 1426 eieren klasse L: normalcdf(63, 73, 66, 10) = 0,3759 dus dat zijn 0,3759 • 5000 = 1880 eieren klasse XL: normalcdf(73, 1099, 66, 10) = 0,2420 dus dat zijn 0,2420 • 5000 = 1210 eieren. Dat levert dan 484 • 0,05 + 1426 • 0,07 + 1880 • 0,08 + 1210 • 0,10 = €395,42 op |
||||
© h.hofstede (h.hofstede@hogeland.nl) |