© h.hofstede (h.hofstede@hogeland.nl)

       
1. a.  
       
  b. In twee stappen kun je ook van I naar III dus daar staat geen nul meer.
       
  c.
       
  d. Bassin I:
Er blijft 0,08x achter en er wordt 5290 toegevoegd, dus er is  0,08x + 5290 

Bassin II:
Er komt 0,90x uit I en er blijft  0,08yachter, dus er is  0,90x + 0,08y

Bassin III:
Er komt 0,90y uit II en er blijft 0,08z achter, dus er is  0,90y + 0,08z
       
2. a. De beide woordjes "bij" aan de uiteinden leveren één pijl naar BIJ toe en één pijl er vanaf.
Elk ander woord in de rij levert ook één pijl; er naar toe en één pijl er vanaf af.
Dat zijn dus voor elk woord in totaal evenveel pijlen er naar toe als er van af.
       
  b. VAN  "bij"  gaan in totaal  36 + 4 + 75 = 115 gevallen
Daarvan gaan er 75 NAAR "los", en dat is  75/115 = 0,652 ste deel.
       
  c.
       
3. a.  
       
  b. Het gaat hier om twee stappen, dus moet je M2 gebruiken:  
   

    vanaf kruispunt 5; dus je moet kolom 5 bekijken.
naar kruispunt 3 is 3/8  dus de kans is 3/8.
       
  c. Elke kolom is opgeteld 1; immers daar staan alle kansen om vanaf een kruispunt naar een ander kruispunt te gaan. Dat moet samen 1 zijn (100%)
Er zijn 5 kolommen, dus totale waarde wordt 5.
       
4. a.

       
  b. Noem die hoeveelheden B1, B2 en B3
Dan geldt:
0,4B1+ 0,2B3 = 2600
0,2B1 + 0,5B2 + 0,4B3 = 3200
0,4B1 + 0,5B2 + 0,4B3 = 4200

Als je de tweede en de derde van elkaar aftrekt krijg je  0,2B1 = 1000 dus  B1= 5000
Dan geeft de eerste   B3 = 3000
Dan geeft de tweede  B2 = 2000  
       
  c. De som van de kolommen is in matrix A gelijk aan 1, en in matrix B kleiner dan 1.
       
  d.

       
  e. Als je de getallen uit de kolommen van M optelt dan zie je dat er  respectievelijk 19%, 18% en 26% verloren gaat van B1, B2, B3. De totale verlieshoeveelheid V bepaal je dus zó:
   

       
5. a.
     
  b.
       
    De getallen stellen de retourafstanden tussen de plaatsen voor.
       
  c.
       
    Het resultaat is het totaal aantal te reizen kilometers als de school in A, B, C, D of E staat
Dat aantal is minimaal voor een school in Amerveen.
       
7. Zet kansen in de overgangsmatrix matrix V:
 
  Begin met 1 muis in A en geen enkele ergens anders, en vermenigvuldig deze beginvector met V5 :
 
  in leven zijn dan nog de muizen in A, B, C en E:  
0,0658 + 0,0854 + 0,0854 + 0,0586 = 0,2952
De kans dat de muis nog in leven is, is 0,2952.
       
8. De overgangsmatrix V ziet er zo uit:
       
 
       
  In de matrix V4 staat er bij  "VAN A NAAR B" het getal 0,228395......
       

© h.hofstede (h.hofstede@hogeland.nl)