Oppervlaktes | ||||||||
|
||||||||
De raaklijnen aan de grafieken van f en g met richtingscoëfficiënt 1 en richtingscoëfficiënt -1 sluiten een vierkant in. Zie de figuur hieronder. | ||||||||
7p | 15. | Bereken de lengte van de diagonaal van dit vierkant. | ||||||
De lijn x = a,
met a > 0, snijdt de grafiek van f in C en
de grafiek van g in B. De lijn x = -a snijdt de
grafiek van f in D en de grafiek van g in A. De grafiek van f deelt de rechthoek ABCD in twee stukken met gelijke oppervlaktes. Zie de figuur hieronder. |
||||||||
7p | 16. | Bereken de waarde van a. |
OPLOSSINGEN | ||||||||||||
Het officiële (maar soms beknoptere) correctievoorschrift kun je HIER vinden. Vooral handig voor de onderverdeling van de punten. | ||||||||||||
1. | P(geen
prijs) = 0,95 • 0,80 = 0,76 Dus P(minstens één prijs) = 1 - 0,76 = 0,24 |
|||||||||||
2. | Binomiaal
met n = 20, p = 0,24 P(X ≥ 8) = 1 - P(X ≤ 7) = 1 - binomcdf(20, 0.24 , 7) = 0,083 |
|||||||||||
3. | Voor
één lot geldt de volgende tabel:
Dat levert gemiddeld 0 • 0,76 + 100
• 0,19 + 500 • 0,04 + 600 • 0,01 = 45 euro op |
|||||||||||
4. | f(x)
= x + 4 • x-1 dus f '(x)
= 1 - 4 • x-2 f '(x) = 0 ⇒ 4 • x-2 = 1 ⇒ x-2 = 1/4 ⇒ x = 2 ∨ x = -2 x = 2 levert y = 4 en de top (2,4) x = -2 levert y = -4 en de top (-2,-4) |
|||||||||||
5. | Het gebied staat
hiernaast geschetst. Snijpunten van de grafieken: x + 4/x = 5 ⇒ x2 + 4 = 5x ⇒ x2 - 5x + 4 = 0 ⇒ (x - 4) • (x - 1)= 0 ⇒ x = 4 ∨ x = 1 = (20 - 8 - 4ln4) - (5 - 1/2 - 4ln1) = 71/2 - 4ln4 = 71/2 - 8ln2 |
|||||||||||
6. | De lengte van het
deel van de grafiek van f is: Invoeren bij Y1 in de grafische rekenmachine en dan uitrekenen via CALC levert integraal 3,79 De omtrek wordt dan 3,79 + 3 = 6,79 |
|||||||||||
7. | Hoe lang
duren de 5% langste ritten van de chauffeur? Stel X uur of langer Dan geldt normalcdf(X , 1E99, 2.5 , 0.25) = 0,05 Y1 = normalcdf(X,1E99,2.5,0.25) en Y2 = 0.05 levert (met bijv. window [2.5 , 3] × [0 , 0.1]) een snijpunt bij X = 2,91121... en dat is 2 uur en 55 minuten of: invnorm(0.95)=1,644 = z = (X - 2.5)/(0.25) ⇒ X - 2.5 = 0,411 ⇒ X = 2.911... 2 uur en 55 minuten voor half negen is 35 minuten over 5 |
|||||||||||
8. | Stel de
standaarddeviatie X, dan geldt: normalcdf(137 , 1E99 , 126 , X) = 0,13 Y1 = normalcdf(137, 1E99, 126, X) en Y2 = 0,13 levert (met bijv. window [0,20] × [0,0.2]) een snijpunt bij X = 9,7657... of: Hoeveel houden zich aan de maximumsnelheid? |
|||||||||||
9. | Voor de
oorspronkelijke bewoners geldt: N = 150000 • 0,99t Voor de instromers geldt: N = 1000 • t Invoeren bij Y1 en Y2 en dan snijpunt bepalen levert t ≈ 72,43 Dat zal in het jaar 2037 zijn. |
|||||||||||
10. | 1e
oplossing: Stel de afgeleide functie gelijk aan nul. f(t) = 150000•0,99t + 1000•t Dan is f '(t) = 150000 • ln 0,99 • 0,99t + 1000 150000 • ln 0,99 • 0,99t + 1000 = 0 ⇒ 0,99t = -1000 / (150000 • ln 0,99) ≈ 0,6633 ⇒ t ≈ 40,84 dus in het jaar 2005 2e oplossing: |
|||||||||||
11. | Als de
functie alsmaar stijgt, moet de afgeleide steeds groter dan nul
zijn. f(t) = 150000•0,99t + c • t ⇒ f '(t) = 150000 • ln 0,99 • 0,99t + c > 0 t = 0 (daar is de afgeleide minimaal) invullen levert 150000 • ln 0,99 > -c Þ c > 1507,55... |
|||||||||||
12. | y
= 0
⇒ sin(2t + 1/3π)
= 0
⇒ 2t + 1/3π
= 0 (mod 2π)
∨ 2t + 1/3π
=
π (mod 2π) ⇒ 2t = -1/3π (mod 2π) ∨ 2t = 2/3π (mod 2π) ⇒ t = -1/6π (mod π) ∨ t = 1/3π (mod π) Tussen 0 en 2π (de gemeenschappelijke periode) geeft dat de oplossingen: t = 1/3π , 5/6π , 4/3π en 11/6π Dat levert de snijpunten (1/2√3 , 0) en (-1/2 , 0) en (-1/2√3 , 0) en (1/2 , 0) |
|||||||||||
13. | x =
0 geeft t = 0
∨ t =
π De snelheid v is v = √((x')2 + (y')2) = √ (cos2t + 4 • cos2(2t + 1/3π)) t = 0 levert v = √((1)2 + 4 • (1/2)2) = √2 en t = π zal dan wel dezelfde snelheid leveren. |
|||||||||||
14. | A heeft y-coördinaat
sin(2a + 1/3π)
en B heeft y- coördinaat sin(2(π - a) + 1/3π) = sin(2π - (2a - 1/3π)) = -sin(2a - 1/3π) Het verschil daartussen is sin(2a + 1/3π) - - sin(2a - 1/3π) = sin(2a + 1/3π) + sin(2a - 1/3π) Uitschrijven met de somformules geeft: AB = sin 2a • cos1/3π + cos 2a • sin 1/3π + sin 2a • cos 1/3π - cos 2a • sin 1/3π = 1/2sin2a + 1/2sin2a = sin 2a |
|||||||||||
15. | Als de
richtingscoëfficiënt -1 is, is de afgeleide functie -1. f '= -1 ⇒ 1/2x = -1 ⇒ x = -2. het raakpunt is (-2 ,1) en de raaklijn is de lijn y = -x - 1. Die snijdt de y-as in het punt (0,-1) g'= -1 ⇒ 8 • x-3 = -1 ⇒ x-3 = -1/8 ⇒ x = -2. Het raakpunt is (-2 , -1) en de raaklijn is de lijn y = - x - 3, en die snijdt de y-as in (0,-3) De diagonaal van het vierkant heeft dus lengte 2. |
|||||||||||
16. | C = (a
, 1/2a2) en D = (-a ,
1/2a2)
en A = (-a , -4/a2)
en B = (a , -4/a2) CD = 2a en BC = 1/2a2 + 4/a2 dus de rechthoek heeft oppervlakte CD • BC = a3 + 8/a Het donker gekleurde oppervlak is gelijk aan: Dus moet gelden 10/12a3 = 1/2a3 + 4/a ⇒ 4/12a3 = 4/a ⇒ a4 = 12 ⇒ a = 4√12 |