| 1. | Een bepaalde grootheid is normaal verdeeld met een
gemiddelde van 40 en en standaarddeviatie van 12. Hoeveel procent zal tussen de 52 en 64 zitten? |
 |
|
| OPLOSSING | |
| 1. | tussen 38 en
52 zit 68% dus boven de 52 zit 16% boven de 64 zit 2,5% (want 95% tussen 26 en 64) dus tussen de 52 en 64 zit 16 - 2,5 = 13,4% |
| 2. | |
 |
|
| Eigenschappen Normale Verdeling. | ||
| 1. |
De normale verdeling wordt helemaal bepaald door twee getallen:
gemiddelde m |
|
| 2. | De normale verdeling is symmetrisch |
|
| 3. |
De oppervlakte tussen m-s en
m+s is 68% (Tussen m-2s en m+2s is het 95%) |
|
| 4. | De normale verdeling is continu | |
| Dat betekent dat er geen verschil
is tussen X < 12 en X £ 12 e.d. om die ongelijktekens hoef je je dus niet druk om te maken. |
||
| 5. | De normale verdeling loopt aan beide zijkanten oneindig ver door. Natuurlijk kunnen hele extreme waarden vaak niet voorkomen, maar de oppervlakte onder de kromme wordt gelukkig heel snel (bijna) gelijk aan nul, zodat het als benadering wel klopt. | |
