OPGAVEN
 
   
1. Welk van de grafieken hiernaast omschrijft een evenredig verband?

   
2. T is evenredig met M,  en als M = 4 dan is T = 26
Geef een formule voor T
OPLOSSING
1. c  ,want die gaat door de oorsprong.
   
2. T = aM  geeft  26 = a · 4  dus  a = 26/4 = 6,5  dus  T = 6,5M