Waarom is cosx de afgeleide van sinx? | |
Laten we de methode van "punt
vlak ernaast" weer gebruiken. De sinus is ooit gedefinieerd met
behulp van de eenheidscirkel, dus daar gaan we naar terug. We tekenen een hoek α met de bijbehorende sinus en cosinus. Daarna maken we die hoekje een heel klein beetje groter naar α + dα. (bedenk dat dα zo klein mogelijk moet zijn) Laten we de lijnstukken in de buurt van het punt op de eenheidscirkel vergroten: |
|
Als da
klein genoeg is, dan is PR ongeveer een rechte lijn, en staat OP
loodrecht op PR (de raaklijn). In de figuur is dan β = 1/2π - α en dus is hoek QPR weer gelijk aan α. De lengte van PR is dan gelijk aan rdα, en omdat de straal van de cirkel 1 is, is dit gelijk aan dα. Maar PQ is gelijk aan sin(α + dα) - sin(α) (het rode min het blauwe lijnstuk in de figuur). De afgeleide van sinα is dan gelijk aan dy/dx = PQ/dα = PQ/PR. Maar in driehoek PQR is dat precies gelijk aan cosα (sos-cas-toa). Conclusie: de afgeleide van sinα is cosα. N.B. We gebruikten dat PR = rdα, maar dat is natuurlijk alleen zo als de hoek in radialen wordt uitgedrukt. Deze afgeleide geldt dus ook alleen als je de hoeken in radialen uitdrukt. |
|