De helling en de raaklijn. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Bij de grafiek van een functie
was de helling gelijk aan de afgeleide, en ook aan de
richtingscoëfficiënt van de raaklijn. Maar ja, bij een parameterkromme heb je niet één formule om de afgeleide van te nemen.... Toch kun je het natuurlijk best hebben over de helling in een bepaald punt. Kijk maar naar dat autootje dat over de kromme rijdt: |
![]() |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
![]() |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Denk aan de oude afspraak over de helling en kijk naar de figuur hierboven. Het gaat om de helling van die blauwe lijn. Dan geldt: | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
En jawel; het is alwéér gelukt: we
zetten weer gewoon alles om in t's. Voor een bepaald punt waar je de helling wilt weten bepaal je eerst welke t erbij hoort. Daarna vul je die t in in x' en y' en het antwoord y'/x' geeft de helling van de kromme en dus ook van de raaklijn in dat punt. Zie je dat het ook klopt met de eerdere dingen die we vonden over wanneer de raaklijn horizontaal of verticaal is? Als de raaklijn horizontaal is, is de helling nul, en y' = 0 geeft inderdaad helling 0. Als de raaklijn verticaal is, is de helling oneindig groot, en x' = 0 geeft inderdaad een oneindig groot getal. |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Voorbeeld. Gegeven is de parameterkromme van de ellips x(t) = 4cost en y(t) = 2sint met 0 ≤ t ≤ 2p Geef een vergelijking van de raaklijn in het punt (2Ö3, 1) x = 2Ö3 Þ 4cost = 2Ö3 Þ cost = 1/2Ö3 Þ t = 1/6p of t = 15/6p t = 1/6p geeft y = 1 en t = 15/6p geeft y = -1 dus het gaat om t = 1/6p x'(1/6p) = -4sin(1/6p) = -4 • 1/2 = -2 y'(1/6p) = 2cos(1/6p) = 2 • 1/2Ö3 = Ö3 Dus de helling is Ö3/-2 = -1/2Ö3 De raaklijn heeft dan vergelijking y = -1/2Ö3 • x + b en moet door (2Ö3, 1) gaan. Invullen geeft 1 = -1/2Ö3 • 2Ö3 + b Þ 1 = -3 + b Þ b = 4 De raaklijn is daarom de lijn y = -1/2Ö3 • x + 4 |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||