Soms kom je een breuk tegen waarbij in de
teller of in de noemer daarvan wéér een breuk staat.
Die kun je dan als volgt vereenvoudigen.
1. Een breuk in de teller.
Da's een makkie want dat hebben we al gehad:
wat er bovenin staat mag je er ook vóór zetten, en daarna kun je de twee
breuken gewoon met elkaar vermenigvuldigen.
Zó dus:
2. Een breuk in de noemer.
Daarvoor kun je het volgende regeltje
gebruiken:
Delen door een breuk
=
Vermenigvuldigen met het omgekeerde
Daar staat eigenlijk dat je zo'n breuk in de
noemer er ook wel op de kop naast mag schrijven.
Zó dus: