|
© h.hofstede (h.hofstede@hogeland.nl)
|
|
Meer opgaven |
 |
|
|
|
|
 |
|
|
|
|
1. |
Benader door middel van lineaire
interpolatie de waarde van het vraagteken in onderstaande
tabellen.
Rond je antwoord, indien nodig, af op twee decimalen |
|
|
|
|
|
a. |
x |
14 |
21 |
25 |
31 |
40 |
47 |
y |
2,8 |
7,4 |
9,1 |
? |
17,8 |
21,5 |
|
|
|
|
|
|
b. |
P |
2,1 |
8,3 |
14,7 |
22,2 |
34,1 |
t |
1022 |
1245 |
2467 |
? |
5034 |
|
|
|
|
|
|
c. |
W |
-1,12 |
-3,68 |
-8,29 |
-11,42 |
-18,45 |
q |
32,5 |
? |
14,3 |
9,2 |
-1,6 |
|
|
|
|
|
2. |
a. |
Op een mooie zomerse
dag is het om 7:00 uur 's morgens al 14°C en om 15:15
's middags is de temperatuur opgelopen tot 22 °C
Bereken met lineaire interpolatie na hoeveel tijd de temperatuur
19°C was. |
|
|
|
|
|
b. |
Ik had mij na een
weddenschap helemaal kaalgeschoren, maar na 50 dagen waren mijn langste
haren alweer 1,8 cm lang.
Bereken met lineaire interpolatie na hoeveel dagen die haren 1 cm lang
waren. |
|
|
|
3. |
Op de thermometer
hiernaast zie je twee verschillende temperatuurschalen.
Wij in Nederland gebruiken meestal de Celsius-schaal.
In de Verenigde Staten gebruikt men de Fahrenheitschaal.
Op de thermometer hiernaast zie dat bij 60 °C precies 140 °F
hoort en bij 210 °C hoort 410 °F
Bereken met lineaire interpolatie hoeveel graden Fahrenheit hoort bij
het kookpunt van water (100 °C) |
 |
|
|
|
|
4. |
Voor het aantal
elektrische auto's in Nederland in maanden vanaf 1 januari 2020
geldt de volgende tabel: |
|
|
|
|
|
aantal (×
100000) |
98 |
108 |
120 |
132 |
146 |
162 |
179 |
198 |
219 |
242 |
258 |
maanden |
0 |
3 |
6 |
9 |
12 |
15 |
18 |
21 |
24 |
27 |
30 |
|
|
|
|
|
|
a. |
Als iemand in maart
2020 met de gegevens van 1 januari en 1 april uit dat jaar door middel van
lineair extrapoleren zou berekenen hoeveel elektrische auto's er op 1
januari 2023 (t = 36) zullen zijn, welke waarde zou hij dan vinden? |
|
|
|
|
|
b. |
Welke waarde voor de
het aantal auto's op 1 januari 2023 zou iemand vinden die de gegevens
van 1 januari en 1 april van 2021 gebruikt? |
|
|
|
|
|
c. |
Leg duidelijk uit hoe het
komt dat de antwoorden op de vragen a en b van elkaar
verschillen. |
|
|
|
|
5. |
Het lijkt goed te gaan met het terugdringen van het aantal rokers in de
Nederland. In 2021 rookte 20,6% van de bevolking van 18 jaar en ouder.
In 2014 rookte nog 25,7% van de volwassen bevolking.
Neem aan dat dit gebruik lineair afnam en ook na 2021 op
dezelfde wijze lineair blijft afnemen.
Neem ook aan dat de bevolking van Nederland steeds even groot is.
Bereken hoeveel procent van de Nederlanders dan in 2025
nog zal roken. |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
6. |
Het lijkt goed te gaan met
het terugdringen van het gifgebruik in de aardappelteelt. Nederlandse
aardappelboeren gebruikten in 2015 gemiddeld 32 kg chemische
bestrijdingsmiddelen (gif) per hectare (ha). In 2024 was dat gedaald tot
24,5 kg per ha. En het gebruik daalt nog steeds.
Neem aan dat dit gebruik
lineair afnam en ook na 2024 op dezelfde wijze lineair blijft afnemen.
Bereken door lineair extrapoleren hoeveel kg gif per ha er dan in 2032
gebruikt zou worden. |
|
|
|
|
7. |
Examenopgave HAVO
A, 2025-I
In discussies over
het klimaat gaat het vaak over de uitstoot van broeikasgassen. In het
Nederlandse klimaatakkoord is als doel gesteld dat de gemiddelde
uitstoot van broeikasgassen per inwoner per jaar in 2030 gehalveerd is
ten opzichte van 1990. In 1990 was in Nederland de gemiddelde uitstoot
van broeikasgassen per inwoner per jaar 15,1 ton en in 2017 was die 11,6
ton. Neem aan dat er in de periode 1990-2017 sprake was van een lineaire
daling en dat deze daling zich op dezelfde wijze voortzet na 2017.
Onderzoek met
bovenstaande gegevens en aannames of de genoemde doelstelling gehaald
wordt. |
|
|
|
|
8. |
Examenopgave HAVO
A, 2025-II
Voor de Vlinderstichting
tellen vrijwilligers in heel Nederland vlinders vanaf maart tot en
met september. Deze vlindertellingen vinden al meerdere jaren
plaats. De vrijwilligers tellen dan alle vlinders die ze zien, één
keer per week, op een vaste dag en op vaste routes van ongeveer een
kilometer.
In 1989 telden vrijwilligers vlinders op 69 vaste routes. Sindsdien
steeg het aantal vaste routes waarop vrijwilligers vlinders telden
vrijwel lineair tot 394 routes in 2014.
Bereken met
behulp van lineair interpoleren het aantal vaste routes in 2002
waarop vrijwilligers vlinders telden. |
|
|
|
|
|
|
|
 |
© h.hofstede (h.hofstede@hogeland.nl)
|