6. | Hiernaast zie je een
kruistabel voor de eigenschappen A en B, met 4 willekeurige
aantallen a, b, c en d. Toon aan dat de voorwaarde P(A\B) = P(A) precies dezelfde is als de voorwaarde P(B\A) = P(B). |
|
|||||||||||||||||
7. | MacDonalds heeft als paasactie dat elke bezoeker bij een happy- meal een plastic paasei cadeau krijgt. Ze zijn er in drie kleuren; geel en blauw en oranje, maar die komen niet even vaak voor. In sommige eieren zit een prijs, in sommige eieren zit niets. |
|
|||||||||||||||||||||
a. | Vul de kruistabel hiernaast verder in. | ||||||||||||||||||||||
b. | Zijn de gebeurtenissen "blauw" en "prijs" afhankelijk of onafhankelijk? | ||||||||||||||||||||||
c. | Zijn de gebeurtenissen "oranje" en "niet-prijs" afhankelijk of onafhankelijk? |
8. | Voor de gebeurtenissen A, B, C en D
geldt: • A en D zijn onafhankelijk. • B en D zijn onafhankelijk. • P(A) = 0,1 • P(B) = 0,4 • P(D) = 0,7 • Van A, B en C vindt er altijd precies één gebeurtenis plaats. • Van D en E vindt er altijd precies één gebeurtenis plaats. |
||
Onderzoek of C en E onafhankelijk zijn | |||
9. | Drie zuivere munten
worden na elkaar gegooid, en we kijken daarbij naar drie mogelijke
uitkomsten: uitkomst 1. de eerste twee munten leveren "KOP" uitkomst 2. de laatste munt levert "KOP" uitkomst 3. alle drie de munten leveren "KOP" |
||
a. | Zijn de uitkomsten 1 en 2 onafhankelijk van elkaar? | ||
b. | Zijn de uitkomsten 1 en 3 onafhankelijk van elkaar? | ||
10. | Er wordt tweemaal met
een dobbelsteen gegooid. A is de gebeurtenis "de eerste worp is even" B is de gebeurtenis "er is zowel even als oneven geworpen" |
||
a. | Bereken P(A) en P(B) als de dobbelsteen zuiver is. | ||
b. | Stel P(A) =
p Voor welke p zijn de gebeurtenissen A en B dan onafhankelijk? |
||
11. | Bij een verkeerscontrole op en snelweg blijkt 83% van het verkeer personenverkeer te zijn, en 17% is vrachtverkeer. Van alle personenauto’s blijken bij 12% de papieren niet in orde te zijn. Bij het vrachtverkeer is dat zelfs bij 28% zo. | ||
a. | Als van een weggebruiker de papieren wel in orde blijken te zijn, hoe groot is dan de kans dat het personenverkeer betreft? | ||
b. | Onderzoek of de gebeurtenissen “papieren zijn niet in orde” en “het is vrachtverkeer” afhankelijk of onafhankelijk zijn. | ||
![]() |
|||
© h.hofstede (h.hofstede@hogeland.nl) |