© h.hofstede (h.hofstede@hogeland.nl)

Meer opgaven  
       
       
Naast de parabool  y = (x - 2)2 wordt een rechthoek getekend waarvan de zijden evenwijdig zijn aan de x-as en de y-as, en waarvan de oorsprong een hoekpunt is. Het hoekpunt diagonaal tegenover de oorsprong ligt op de parabool. Zie de figuur hiernaast.

Bereken de maximale oppervlakte van zo'n rechthoek.

       
Hiernaast zie je voor 0 < x < 2 de grafieken van
f(x) = 4x - 2x2 
en  g(x) = x3 - 4x2 + 4x

Tussen beide grafieken wordt een aantal verticale lijnstukken getekend.

Bereken algebraïsch de maximale lengte van zo'n lijnstuk.

       
Gegeven is de grafiek van y = √x tussen x = 0 en x = 10
Vanaf punt P(10,0) trek je een lijn naar een punt Q van de grafiek.
R is de projectie van Q op de x-as.

Bereken de maximale oppervlakte van driehoek PQR.  Geef je antwoord in één decimaal nauwkeurig.

       
Gegeven is de functie  f(x) = 8x2 - 2x3  met x in  [0,4]
Zie de grafiek hiernaast.
Op de grafiek van  f  ligt een punt P met x-coördinaat p
Q is de projectie van P op de x-as en R is het punt (4,0)
Voor de oppervlakte van driehoek PQR geldt: 

O = p4 - 8p3 + 16p2

     
  a. Toon deze formule aan.
     
  b. Bereken algebraïsch de maximale oppervlakte van driehoek PQR.
       
Onder de parabool  y = 4xx2  wordt een rechthoek ABCD getekend waarvan de zijden evenwijdig zijn aan de x-as en de y-as en waarvan de oorsprong een hoekpunt is. De hoekpunten C en D liggen op de parabool./ Stel dat de x-coördinaat van punt A gelijk is aan p. Zie de figuur hiernaast.

Voor de oppervlakte O van de rechthoek geldt dan:

O = 2p3 – 12p2 + 16p

     
  a. Toon dat aan.
     
  b. Bereken algebraïsch de maximale oppervlakte van rechthoek ABCD.
       
  c. Bereken algebraïsch de maximale omtrek van rechthoek ABCD.
       
MEER OPGAVEN
       
6. Onder de grafiek van y = 10/x worden een aantal driehoeken getekend zoals in de figuur hiernaast.

Toon aan dat al die driehoeken de zelfde oppervlakte hebben

       
7. Gegeven zijn de grafieken van    f(x) = 4Öx  en  g(x) = 21 - x
Vanaf punt (p, 0) op de x-as wordt  een lijn recht omhoog naar de grafiek van  f getekend en vervolgens een rechthoek tussen beide grafieken, zoals in de figuur hiernaast.

Voor de oppervlakte A van die rechthoek geldt:
A = 44Öp - 16p - 4pÖp

     
  a. Toon dat aan
     
  b. Bereken de maximale oppervlakte van de rechthoek
     

© h.hofstede (h.hofstede@hogeland.nl)