Beredeneer met de
volgende formules of de grafiek stijgt of daalt:
a.
b.
c.
Beredeneer met de
volgende formules of de grafiek een grenswaarde heeft, en zo ja, welke.
a.
b.
Het zal je niet
verbazen dat een winkelier die een lagere prijs voor zijn artikelen
vraagt, er meer van zal verkopen dan iemand die een hogere prijs vraagt.
Een markthandelaar in fruit heeft een formule opgesteld voor het aantal
kg sinaasappels dat hij op een zaterdagmiddag op de markt verkoopt.
Dat aantal (A, in kg) hangt af van de prijs (P) die
hij vraagt per kg en van de gemiddelde marktprijs (G op die
zaterdagmiddag). Beide prijzen zijn in eurocenten per kg.
De formule die zijn
verkoop goed beschrijft blijkt deze te zijn:
A = 1245
- 86/25 • (P
- G)
Beredeneer zonder
getallenvoorbeelden en zonder de grafiek van A te schetsen
dat uit deze formule volgt dat het aantal verkochte kg inderdaad
toeneemt als de prijs die hij vraagt afneemt.
De huurprijs van een
woning wordt door veel factoren beïnvloed. Enkelen daarvan zijn
woonplaats, ouderdom, oppervlakte, energielabel.
Binnen een bepaalde wijk in Amsterdam wordt de huurpijs vooral bepaald
door twee factoren: De oppervlakte (A in m2)
en het bouwjaar (B).
De volgende formule blijkt de huurprijs redelijk goed te benaderen:
Daarin is H de huurprijs in euro's per maand.
Als je woningen van het zelfde bouwjaar bekijkt dan neemt daarvan de
huurprijs toe als de oppervlakte toeneemt.
Beredeneer zonder getallenvoorbeelden dat de formule
hiermee in overeenstemming is.