OPGAVEN
1.
Bereken het snijpunt van de lijnen
y
= 4
x
+ 3 en
y
= -2
x
- 8
OPLOSSING
1.
4
x
+ 3 = -2
x
- 8
Þ
6
x
+ 3 = -8
Þ
6
x
= 11
Þ
x
=
11
/
6
y
= 4
x
+ 3 = 4 •
11
/
6
+ 3 = 10
1
/
3
Het snijpunt is
(1
5
/
6
, 10
1
/
3
)
Snijpunt van twee rechte lijnen.
Zet de twee formule achter elkaar.
Probeer de vergelijking die je dan krijgt op te lossen met de
balansmethode
Dat geeft de
x
-waarde van het snijpunt.
De
y
van het snijpunt bereken je vervolgens door deze
x
in één van beide vergelijkingen in te vullen.