Hiernaast zie je hoe die peer in 10 schijfjes is gesneden, die allemaal
als een cilinder zijn getekend.
Samen zullen die 10 schijfjes goed de inhoud van de peer benaderen. Je
ziet in het linkerplaatje van de oorspronkelijke peer dat die cilinders
aardig goed om de peer passen. Af en toe scheelt het een klein
driehoekje, maar dat is soms teveel en soms te weinig, dus die foutjes
zullen elkaar ook nog grotendeels opheffen.
In het vooraanzicht van de peer kun je de diameter van de grondvlakken
van die 10 cilinders meten.
Stel dat we meten dat de peer 10 cm hoog is, en dat de diameters
achtereenvolgens zijn:
2,2 - 3,5 - 4,4 - 5,4 - 6,5 -
7,1 - 7,4 - 7,1 - 6,0 -
3,7
De stralen zijn dan de helft, en omdat de hoogte van al die cilinders 1
cm is, geeft dat voor de inhouden:
π•1,12 • 1 +
π
• 1,752 • 1 +
π • 2,22
• 1 + ... +
π • 1,852 • 1
Dat is ongeveer 246 cm3 . |
|