OPGAVEN
1. Er is een regelmatige piramide met als grondvlak een vierkant.
Alle ribben van de piramide hebben lengte 4.
Bereken de hoek die het voorvlak met het rechterzijvlak maakt.

OPLOSSING
1. De gevraagde hoek is AMC waarbij M het midden van  TB is. (omdat driehoek TAB gelijkzijdig is, staat AM loodrecht op TB)

AM2 = 42 - 22 Þ  AM = Ö12
AC2 = 42 + 42  Þ  AC = Ö32

AMC is de tophok van een gelijkbenige driehoek AMC met zijden Ö12 en Ö12 en Ö32

Teken de hoogtelijn MP vanuit M loodrecht op AC.
MP2 = MA2 - AP2 = 12 - 8 = 4  Þ  MP = 2

tan AMP = AP/MP = 0,5Ö32/2  Þ  ÐAMP = 54,7º
dus ÐAMC = 2 • ÐAMP =
109º