|
|
De
formule van Cardano. |
©
h.hofstede (h.hofstede@hogeland.nl) |
|
|
|
|
Een derdegraadsvergelijking ziet
eruit als ax3 + bx2 + cx +
d = 0. En de vraag is: "Is er voor zo'n
vergelijking ook een soort handige "ABCD"- formule te maken, net zoals
voor kwadratische vergelijkingen?". Het blijkt dat dat inderdaad
mogelijk is, maar makkelijk is het niet, en we hebben er complexe
getallen voor nodig.
Op de eerste plaats beperken we ons in deze les tot vergelijkingen als:
We nemen dus a = 1. Dat kan altijd, immers als a niet
gelijk is aan 1 dan delen we eerst alles door a.
|
|
Het oplossen van deze vergelijking is zo tussen 1500 en 1550 in stappen
gevonden.
Dat ging ongeveer zó: |
• |
De wiskundige del
Ferro ontdekte zo rond 1500 een manier om
vergelijkingen van de vorm x3 + px
= q op te lossen. Maar hij hield die ontdekking
angstvallig geheim. Tegenwoordig publiceren wiskundigen
juist graag en veel, maar in die tijd werkten ze heel
onafhankelijk. Door elkaar uit te dagen in publieke
"wiskundewedstrijden" konden ze roem verwerven en daarmee
hopelijk de aandacht van een rijke sponsor ("patron").
Del Ferro nam het geheim bijna mee zijn graf in, en
vertelde het maar aan een paar mensen, waaronder op zijn
sterfbed aan zijn zijn leerling Fior.
Dat was niet een super-wiskundige, maar hij voelde zich door
deze kennis sterk genoeg om Tartaglia (wel beroemd in die
tijd) uit te dagen voor een publieke wedstrijd in 1535. Elk
zou 30 problemen opstellen die de ander moest oplossen. |
|
|
|
|
• |
Tartaglia
zag de bui hangen. Hij wist waar del Ferro mee bezig was
geweest, en begon voor de wedstrijd koortsachtig te zoeken
naar oplossingen van zulke derdegraads-vergelijkingen. En
wonder boven wonder: vlak voor de wedstrijd ontdekte hij
zelf een oplossing! Omdat del Ferro de meeste problemen
hierover liet gaan, loste Tartaglia zonder moeite alle 30
problemen in een mum van tijd op. Del Ferro loste trouwens
geen enkel probleem van Tartaglia op. Eindstand 30-0!!!
Tartaglia hield zijn methode uiteraard óók geheim. |
|
|
|
|
• |
Cardano hoorde van het
succes van Tartaglia in de wedstrijd en vroeg Tartaglia naar
zijn methode. Vroeg, vroeg nog eens, drong aan,
zeurde, smeekte, bad, en na lang aandringen verklapte
Tartaglia zijn oplossing nadat Cardano plechtig op van alles
had gezworen het geheim te houden.
Maar toen Cardano later op bezoek was bij della Nare (jawel:
de schoonzoon van del Ferro) hoorde hij dat del Ferro al
veel eerder een methode had. Hij vond zijn eed tot
geheimhouding niet meer geldig, immers hij mocht die
oplossing van del Ferro wél publiceren.... toch? In zijn
boek Ars Magna publiceerde hij de oplossing, trouwens
wel netjes Tartaglia als bron noemend. Hij voegde er nog de
manier toe om deze methode uit te breiden tot alle
derdegraadsvergelijkingen, en niet alleen die speciale
zonder x2.Dikke
ruzie natuurlijk. Tartaglia was woedend en
beschuldigde Cardano van plagiaat.
Het is nooit meer goed gekomen tussen
beide heren.... |
|
|
|
|
|
|
|
Hoe
het werkt. |
|
|
Er zijn natuurlijk derdegraads
vergelijkingen die wél zijn op te lossen.
Neem bijvoorbeeld (x + 2)3 = 64
Toch staat daar als je de haakjes wegwerkt x3 +
6x2 + 12x - 56 = 0 en deze tweede is niet
zomaar te doen. Het probleem is dat je niet zomaar "ziet" dat
er eigenlijk staat (x + 2)3
Als je toevallig probeert x te vervangen door y
-
2 (zodat y = x + 2) dan vind je (y
- 2)3 + 6(y
- 2)2
+ 12(y - 2) - 56 = 0
Haakjes wegwerken: y3 - 6y2 +
12y - 8 + 6y2
- 24y + 24 + 12y
-
24 - 56 = 0
Dat geeft y3 - 64 = 0 ⇒
y3 = 64 ⇒ y
= 4 ⇒ x = 2
Maar ja....
Hoe kom je aan die y = x - 2.......???Substitutie 1.
(wat Cardano aan het eind toevoegde).
probeer x te vervangen door y + s
met s een voorlopig nog onbekend constant getal.
Dat geeft (y + s)3 + b(y + s)2
+ c(y + s) + d = 0
⇒ y3 + 3y2s
+ 3ys2 + s3 + by2
+ 2bsy + bs2 + cy + cs + d =
0
⇒ y3 + y2
(3s + b) + y(3s2 + 2bs
+ c) + (s3 + bs2
+ cs + d) = 0
Aan de tweede term zie je dat je, als je kiest 3s + b
= 0, ofwel s = -1/3b,
dat dan de term met y2 wegvalt.
Dan is de vergelijking tenminste een stapje eenvoudiger geworden.
|
vervang
x door y
- 1/3b
dan krijg je de vorm: y3
+ py + q = 0 |
|
|
|
Substitutie 2.
(de oplossing van del Ferro en Tartaglia)
We hebben het oorspronkelijke probleem teruggebracht tot het oplossen
van y3 + py + q = 0
Kunnen we niet nóg zo'n substitutie verzinnen?
Als je gaat proberen y te vervangen door z
+ s2 dan zal dat niet lukken! Immers dan
is x = y + s = z + s2 + s
en als dat iets nieuws oplevert, dan hadden we dat meteen bij de
eerste substitutie ook al wel gevonden.Het revolutionaire idee is nu: Probeer eens y
te vervangen door m + n. Twéé variabelen!
Geen constanten maar voor elke p of q zijn m en n
weer anders. Ofwel: m en n hangen
samen af van p en q.
Dat betekent dat we nog vrijheid hebben in het kiezen van m en n,
immers er zijn oneindig veel koppeltje (m,n) te vinden
zodat er dezelfde y uitkomt. Deze vrijheid zullen we
straks gaan gebruiken.
invullen van y = m + n geeft:
(m + n)3 + p(m + n) + q
= 0
⇒ m3 + 3m2n
+ 3mn2 + n3 + pm + pn
+ q = 0
⇒ m3 + 3mn(m
+ n) + n3 + p(m
+ n) + q = 0
Er zijn natuurlijk niet voor niets twee termen rood gekleurd.....
Als we er nu voor zorgen dat 3mn = -p dan
vallen zomaar die tweede én de vierde term tegen elkaar weg!
Twee voor de prijs van één!
onze oplossing gaat dan zó verder:
⇒ m3 + n3
+ q = 0
bedenk dat n = -p/3m
dan vind je:
Vermenigvuldig met 27m3 en er staat
27m6 - p3 + 27qm3
= 0 |
|
|
Substitutie 3. |
Als je nu in deze laatste
vergelijking m3 gelijk stelt aan z, dan staat
er 27z2 + 27qz - p3 = 0
En dat is een kwadratische vergelijking.
Die heeft als complexe getallen altijd twee oplossingen, via onze oude
vertrouwde ABC-formule. |
|
|
En dan begint het
trapsgewijs terugredeneren:
Als je z weet dan kun je m berekenen
Als je m weet dan kun je n
berekenen
Als je m en n weet dan kun
je y
berekenen
Als je y weet
dan kun je x
berekenen. |
|
|
|
Voorbeeld.
Los op 2x3 - 8x2 + 4x
- 70 = 0
Eerst maar even door 2 delen: x3
- 4x2
+ 2x - 35 = 0
Substitutie 1: x = y - 1/3 •
-4 ofwel x = y + 4/3 |
|
Dat geeft:
(y + 4/3)3 - 4(y + 4/3)2
+ 2(y + 4/3) - 35 = 0
⇒ y3 + 4y2
+ 16/3y + 64/27
- 4y2
- 32/3y
- 64/9 + 2y
+ 8/3 - 35 = 0
⇒ y3 + y •
(-10/3) + (-1001/27) = 0 |
|
|
|
Substitutie 2: y = m
+ n met 3mn = 10/3 |
|
Dat gaf de vergelijking 27m6 + 27qm3
- p3
= 0 met in dit geval p = -10/3
en q = -1001/27 |
|
|
|
Substitutie 3: m3
= z geeft de kwadratische vergelijking 27z2
- 1001z + 1000/27 |
|
De ABC formule levert ons D =
998001 dus z = (1001 ± 999)/54
= 1000/27 of 1/27 |
|
|
|
Terugredeneren:
• z = 1/27 ⇒
m = 1/3 ⇒
n = -p/3m = 10/3/1
= 10/3 ⇒ y
= 10/3 + 1/3 = 11/3
⇒ x = 11/3
+ 4/3 = 15/3 = 5
• z = 1000/27 ⇒
m = 10/3 ⇒
n = 1/3 en dat is het zelfde (m,n)
koppeltje als hierboven, dus geeft dezelfde oplossing. |
|
|
Als je het leuk vindt kun je natuurlijk ook
nog even, gewoon omdat dat wel stoer staat, deze hele methode
samenvatten in één formule, de "ABCD-formule in volle glorie:"
|
ax3 + bx2 + cx
+ d = 0
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
spoel en condensator |
|
meer oplossingen |
|
|
|
1. |
a. |
De vergelijking 8x3
+ 36x2 + 54x + 19 = 0 is door de
substitutie x = y + c met c
een constante in één keer op te lossen. Vind de geschikte c
en los deze vergelijking op. |
|
|
|
|
b. |
De vergelijking 1
-
12x + 48x2 - 91x3
= 0 is door substitutie van x = 1/(y
+ 4) in één keer op te lossen.
Doe dat. |
|
|
|
|
c. |
De vergelijking x2
+ 16xÖx + 96x +
256Öx - 1040 = 0 is door
substitutie van x = (y - 4)2 in
één keer op te lossen. Doe dat. |
|
|
|
|
d. |
De vergelijking x3
-
11x2 + 35x - 25 = 0 kun je
veranderen door substitutie y = x
- p.
Als je p handig kiest kun je de termen met y en de
constante tegelijk laten wegvallen.
Doe dat en los de vergelijking op. |
|
|
|
|
|
|
|
|
2. |
Geef met de methode van Cardano een
oplossing van de volgende vergelijkingen: |
|
|
|
|
|
|
a. |
z3 + 3z2
+ 9z + 14 = 0 |
|
|
|
|
|
|
b. |
z3 + 3z2
+ 3z + 2 = 0 |
|
|
|
|
|
|
c. |
z3 + 3z2
-
9z -
27 = 0 |
|
|
|
|
|
|
d. |
64z3
- 48z2
+ 12z - 1 = 0 |
|
|
|
|
|
|
e. |
z3 + 6z2
+ 11z + 6 = 0 |
|
|
|
|
|
|
f. |
z3 + 6z2
+ 12z + 9 = 0 |
|
|
|
|
|
3. |
Tot slot een paar die minder mooi
uitkomen: |
|
|
|
|
|
a. |
z3 + 2z2
- 14z - 40 = 0 |
|
|
|
|
|
|
b. |
z3 + 3z2
+ 4z - 28 = 0 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hier
heb je een derdegraadsvergelijking-oplosser: |
|
|
|
©
h.hofstede (h.hofstede@hogeland.nl) |